Dag 15: Vrijdag 5 juni 2009

Kings Island, Mason (Ohio)

Vandaag loopt de wekker weer af om 7 uur. Ik heb heerlijk geslapen, echt een lekker bed. Voor vandaag staat weer een pretpark in de planning: Kings Island. Dat ligt in Mason, vlakbij Cincinnati in Ohio, bijna om de hoek van ons hotel. Ik wil graag zo vroeg mogelijk aanwezig zijn. Voordat ik onder de douche spring wil ik even lekker wakker worden en ik installeer me achter de laptop met een blikje ijsthee. Daarna spring ik onder de douche en kleed me aan, even over half 9 ben ik er klaar voor. Peter is ook net wakker geworden en volgt mijn voorbeeld, om 9 uur lopen we de deur uit.

Het is buiten een stuk frisser dan we gewend waren in de Smokies, zeker zo vroeg op de ochtend, het is nog maar 19˚C. Gelukkig zijn de voorspellingen goed, dus het zal best nog opwarmen vandaag. Het is maar 10 minuten rijden naar het park, en het gaat pas open om 10 uur, maar omdat we nog moeten parkeren en kaartjes moeten kopen willen we toch op tijd vertrekken. We zijn er graag als het park opent zodat we de ergste drukte voor kunnen zijn. Bovendien zal het wel wat meer tijd kosten om een kaartje te kopen, omdat ik een klacht heb.

De route ernaartoe verloopt vlot, het lijkt behoorlijk druk te worden, er rijden al heel wat auto’s de parkeerplaats op. Het is dan ook een vrijdag en veel scholen hebben al zomervakantie, dat zullen we vandaag wel merken. We kunnen bijna vooraan parkeren, dat is wel handig, en lopen in een paar minuten naar de ingang. Daar ga ik op zoek naar de balie Guest Relations. Kings Island heeft namelijk op de website een aanbieding voor goedkope kaartjes, je betaalt dan $32,99 per persoon, dat is $15 minder dan de prijs aan de kassa. Ik heb geprobeerd die kaartjes thuis aan te schaffen, maar dat is niet gelukt. Ik kreeg een foutmelding omdat ik een Nederlandse creditcard heb en niet een adres in de US. Heel raar, want de tickets moet je gewoon zelf uitprinten. Ik heb daarop toen een e-mail gestuurd naar de klantenservice, maar daar heb ik tot vandaag nog steeds geen antwoord op. Ik heb die e-mail geprint en meegenomen.

Met dat verhaal en de e-mail meld ik me dus bij de guest relations, ik ben niet van plan om dure kaartjes te kopen, ik wil alsnog de aanbiedingsprijs. Het kost wat discussie, en natuurlijk moet de medewerker overleggen met de manager, maar uiteindelijk lukt het. Ik laat me niet afwimpelen met de opmerking dat het probleem veroorzaakt wordt doordat de transactie in US Dollars is. Dûh……

Het is dan inmiddels kwart voor 10 en we lopen het park in. We mogen nog niet verder dan het eerste pleintje, de rest van het park is alleen nog bestemd voor gold-pass-houders. Wij moeten gewoon wachten tot 10 uur, net als de meeste bezoekers overigens. Om 10 uur klinkt dan vervolgens het Amerikaanse volkslied uit de luidsprekers –jemig zeg, we zijn in een pretpark…– maar daarna mogen we dan toch het park in. Een heleboel jongeren achter ons beginnen te juichen en we worden bijna onder de voet gelopen. Die hebben er zin in! Er is dit jaar een nieuwe achtbaan geopend in het park, Diamondback, een hypercoaster en die trekt veel bezoekers natuurlijk.

Die nieuwe achtbaan is ook onze eerste bestemming in het park, de wachttijd zal nu nog wel meevallen, maar in de loop van de dag alleen maar toenemen. Er staat inmiddels al een rij, al is die nog niet zo heel lang. We sluiten aan en na een klein half uurtje mogen we plaatsnemen in de stoelen. De stoeltjes zijn heel vreemd geplaatst, anders dan we gewend zijn, waarschijnlijk om iedereen zo veel mogelijk het gevoel van vrijheid te geven? Per karretje zijn de 2 voorste stoelen namelijk naast elkaar gezet en de 2 achterste stoelen staan aan de buitenkant. Wij zitten op de allerlaatste rij, onze grootste favoriet. Hoewel de rijen worden aangewezen door de medewerkers hebben wij onze voorkeur uitgesproken en die werd gehonoreerd. De medewerkers letten helemaal niet op overigens, want de stoelen voor ons blijven leeg omdat de jongens die die rij aangewezen kregen van rij wisselen. Dat is wel leuk voor de foto!



De verwachtingen zijn hoog gespannen, onze eerste hypercoaster in jaren! De eerste heuvel is met zo’n 70 meter behoorlijk hoog, maar het is geen recordbreker. Ondanks de hoogte worden we snel omhooggetakeld over de baan. En dan volgt de eerste duik naar beneden, dat is altijd zo’n mega geweldig gevoel! Het is een mooie baan, lekker soepel en heerlijk snel. Geen loopings, maar dat hoeft ook niet, de snelheid (maximaal 128 km/uur) en hoogte is geweldig. In de bochten en op de heuvels hebben we behoorlijk wat airtime, fantastisch! We hebben genoten! De foto is ook erg leuk geworden, en zoals we al verwachtten hebben we door de lege stoeltjes voor ons geen vreemde mensen op de foto. Die moeten we dus wel kopen, het is de eerste van deze vakantie. Ik ben er helemaal blij van!

Peter voelt zich nog redelijk goed na deze baan en we besluiten om gelijk door te lopen naar de volgende: The Beast. Een klassieker, deze baan bestaat dit jaar namelijk al 30 jaar en heeft een enorme reputatie. Hier is de wachtrij helemaal niet lang en we mogen al snel aan boord plaatsnemen. Vanuit het station duiken we gelijk naar beneden en pas na de eerste bocht begint de eerste heuvel, leuk gemaakt. The Beast is de langste houten achtbaan ter wereld, hij duurt maar liefs bijna 5 minuten. In die tijd wordt je wel 2 keer een heuvel opgetakeld en dat gaat niet zo heel erg snel, maar toch! Met een hoogte van net iets meer dan 30 meter is hij niet zo hoog, maar de maximale snelheid is wel behoorlijk: 105 km/uur. Het is wel een leuke baan, maar niet spectaculair. Hoewel hij op sommige plekken behoorlijk wat snelheid krijgt, wordt er ook heel vaak geremd. Er zitten wel wat leuke effecten in, zoals een paar tunnels en een paar enorm leuke bochten, maar de remacties verminderen het plezier wel een beetje. Wat we erg goed vinden aan deze baan zijn de stoeltjes. Het zijn houten karren die van binnen volledig met dikke leren stoeltjes zijn bekleed en een hoge rug hebben, daardoor zit je vrij stevig en comfortabel en bezeer je je niet door het gerammel van de karretjes en de baan.

Ook deze baan kan Peter nog goed hebben, er kan er nog wel een bij. We lopen door naar de volgende houten achtbaan met een reputatie van hier tot Tokyo: The Son of Beast. Ik waarschuw hem nog, want ik heb deze baan jaren geleden al eens overwonnen. In 2002 heb ik een weekje alleen in Ohio vertoefd voorafgaand aan een studiereis en toen heb ik een paar pretparken bezocht, waaronder deze. En deze baan staat nog goed in mijn geheugen gegrift! Hij wordt door velen gevreesd want het is de snelste houten achtbaan ter wereld. In 2002 had die ook nog een looping, de enige ter wereld, maar die is inmiddels verwijderd na technische problemen. Ik vond hem toen enorm heftig, en ik ben benieuwd of dat nog steeds zo is.

Ook hier is de wachttijd nog niet zo heel lang en we mogen al snel plaatsnemen in de karretjes. Het valt gelijk op dat deze karren een stuk minder comfortabel zijn dan de karren van The Beast. Jammer, dat wordt flink rammelen. Na het station worden we eerst in een bocht gegooid en daarna pas de eerste heuvel op getakeld, die is met 66 meter best hoog, vooral voor een houten achtbaan. De snelheid is ook behoorlijk, die is maar liefst 126 km/uur. De eerste drop is waanzinnig, wat een duik en wat een snelheid! Ik zie Peter verkrampen naast me, dit is toch een beetje te heftig voor hem. De “rammelfactor” is behoorlijk hoog, de karren mogen nog wel wat comfortabeler gemaakt worden. Maar de baan vind ik nog steeds super, wat een spektakel!

We hebben nu 3 achtbanen op een rij gedaan, en Peter is nu echt toe aan een pauze. Ik zou de hele dag achter elkaar alleen maar achtbanen kunnen doen, maar helaas is Peter daar niet tegen opgewassen. En dat heeft niet alleen maar met zijn huidige fysieke gesteldheid te maken, hij heeft nu eenmaal last van wagenziekte. Maar buiten dat is The Son of Beast ook een aanslag op zijn fysieke gestel geweest, dat gerammel heeft hem geen goed gedaan. We besluiten om even te pauzeren en iets te gaan eten, we kiezen een restaurant uit waar we even rustig kunnen gaan zitten. Er is één restaurant in het park met een buffet, dat lijkt ons wel wat. Het kost $17 per persoon voor volwassenen, maar daar heb je dan ook wel wat keuze voor. Het is niet geweldig, maar dat is ook zelden het geval in een pretpark, maar het is wel oké. Er is in elk geval een saladebuffet, en dat is altijd goed.

Als we een uurtje hebben gezeten besluiten we de rest van het park te gaan verkennen en een rondje te maken tegen de klok in. Het park is heel efficiënt van opzet, en daardoor redelijk compact. De meeste grote attracties liggen aan de buitenrand van het park, uitgewaaierd, terwijl de ingangen allemaal redelijk vlak bij elkaar liggen. Daardoor hoef je niet zoveel te lopen. We beginnen met Nickolodeon, het gedeelte dat vooral voor kinderen bedoeld is, altijd leuk om daar even doorheen te lopen.

In dat gedeelte ligt ook een leuke attractie, het is een soort half-pipe, maar dan met een extra heuvel in het midden. En in plaats van een draaischijf, zoals in Hollywood, zit je hier gewoon in een rechthoekige bak die over de baan schuift en onderweg ook nog draait. Het zal lastig zijn om een voorstelling te maken, maar de nieuwsgierigen moeten het even opzoeken op internet. De naam is ook wel grappig: Avatar: the Last Airbender. Ik vind de attractie in elk geval geslaagd. Niet spectaculair, maar gewoon erg leuk.

We vervolgen ons rondje door het park en onderweg doe ik The Crypt. Dit is een attractie in het donker en ik heb geen flauw idee wat ik ervan moet verwachten. Ik vraag een medewerker om informatie, en als ik uiteindelijk het apparaat zie waarin ik moet plaatsnemen, heb ik een vermoeden wat het is. Het lijkt namelijk op die kermisattracties waarin je langzaam ronddraait en ook om je eigen as draait, waardoor je soms op de kop in het schuitje hangt. Omdat het redelijk langzaam gaat, vind ik daar helemaal niets aan, sterker nog, ik vind het een heel vervelende attractie omdat je je meestal pijn doet aan de beugels.

Maar volgens de medewerker, die ik nog eens specifiek vraag of je niet op de kop hangt, blijkt dat niet zo te zijn. Je gaat niet over de kop, de attractie draait alleen een paar keer rond. Ik besluit dus maar gewoon plaats te nemen. Maar dat had ik beter niet kunnen doen! Zij weet duidelijk niet waarover ze het heeft, of ze heeft mij niet begrepen of ze heeft de attractie nog nooit bekeken (hij is namelijk in volledige duisternis). Ik had beter naar mijn gevoel kunnen luisteren want later bleek dat mijn idee klopte. Een vreselijke attractie, met pijnlijke schouders kwam ik er weer uit.



We wandelen wat rond in het park en merken dat het inmiddels behoorlijk druk is geworden, de wachttijden lopen overal langzaam op. Maar dat betekent ook dat er heel wat te zien is, het is wel leuk om naar mensen te kijken. We installeren ons met een grote beker drinken ergens in de schaduw en amuseren ons daarmee. Daarna lopen we weer verder. Onderweg doen we samen nog The Racer, een kleine houten achtbaan met 2 parcours waarvan de treintjes tegelijk vertrekken en waar het traject een race is, het gaat erom wie als eerste weer terug is in het station. Wij nemen de rode trein en we winnen! Nou ja, volgens mij wint rood altijd… Het is wel een leuke baan. Hij heeft behoorlijk wat bunny hills, en een paar leuke bochten. Snel genoeg om niet saai te zijn!

Daarna wil ik nog de Adventure Express doen, maar die wordt gesloten vanwege een technisch mankement. We lopen dan naar de Backlot Stuntcoaster, die doe ik alleen omdat Peter het gezien houdt voor vandaag. Het is wel een leuke baan, niet spectaculair maar mooi gethematiseerd en heeft een paar special effects. Hij lijkt een beetje op Lethal Weapon in Warner Bros Movie World.

Mijn laatste wens voor vandaag is nog een keer Diamondback te doen, dus we lopen daar naartoe. De meeste andere achtbanen heb ik allemaal al gedaan toen ik hier 7 jaar geleden was, en sommige achtbanen zoals bijvoorbeeld de flying coaster vind ik niet echt leuk. Ik vind het ook niet leuk om Peter steeds te laten wachten, ik sla er dus een aantal over. Bij Diamondback neem ik de aparte wachtrij voor single riders, maar dat lijkt niet echt voordeel op te leveren, ik moet toch nog even lang wachten. En alweer letten de medewerkers niet op, want de stoel naast mij blijft uiteindelijk leeg. Maar de baan blijft toch erg leuk!

Na deze achtbaan houden we het voor gezien in het park. Het is inmiddels half 6 en Peter is doodmoe. Het park is nog wel geopend tot 10 uur ’s avonds, maar dat houdt hij echt niet vol. Het is leuk geweest, we hebben genoten en dat is voldoende.

Als je me nu vraagt welk park leuker is, Dollywood of Kings Island, moet ik echt even nadenken. Lastige vraag! Ze zijn beiden heel anders. Dollywood is vooral gericht op families en voor alle leeftijden is er van alles te doen en beleven. Naast attracties hebben ze ook veel andere dingen waar je je mee kan vermaken, zoals bijvoorbeeld het kijken naar de verschillende ambachten in Craftsman’s Valley. De attracties voor kinderen en volwassenen liggen gewoon door elkaar, en het park is overal leuk aangekleed. Kings Island is duidelijk gericht op pubers en volwassenen. Ze hebben veel achtbanen, hoewel sommigen wel zijn verouderd, en richten zich op het publiek dat spektakel zoekt. Voor jonge kinderen is er een apart gedeelte in het park, afgezonderd van de overige gedeeltes, en in de rest van het park hebben ze eigenlijk niets te zoeken. Er zijn weinig leuke shows in Kings Island, en de twee shows die ons leuk leken starten pas op 19 juni. Jammer! Naast de attracties en de vele kermisachtige gokspelletjes is er in Kings Island niet veel te beleven.

Een ander groot verschil tussen de parken is de medewerkers. In Dollywood werken door het hele park, zowel in de winkels en de eettentjes als bij de attracties voornamelijk senioren. Je wordt overal heel vriendelijk te woord gestaan, en als je even op een bankje zit wordt je gelijk aangesproken door medewerkers. Ze zijn geïnteresseerd, vragen of je je amuseert en wat je vind van het park. Ze willen weten waar je vandaan komt en vertellen je dan dat ze zelf ook in Europa, Nederland of een ander buurland zijn geweest. De sfeer in Dollywood is heel gemoedelijk en gezellig. In Kings Island werken alleen bij de ingang enkele senioren, bij de attracties, in de winkels en bij de eettentjes werken vooral jongeren. Jongeren die niet kunnen tellen overigens, want we hebben verschillende keren meegemaakt deze dag dat ze helemaal in de war raken als je gepast kleingeld geeft bij een betaling, zodat ze alleen briefgeld hoeven terug te geven. Opvallend! Bij de attracties in Kings Island werd aanzienlijk minder goed opgelet, veel stoeltjes bleven leeg ondanks de lange wachttijden en de jongeren zijn duidelijk veel minder vriendelijk –over één kam gescheerd– dan de senioren. Ik ben vandaag een aantal keren als een single rider in een attractie geweest, en als ik er dan op wees dat er nog een stoel leeg was waar ik bijvoorbeeld kon plaatsnemen –dat heb ik een keer of drie geprobeerd– werd ik vernietigend aangekeken. Dat werd niet op prijs gesteld. Ze zijn dus gewoon heel verschillend van opzet!

Een groot voordeel voor ons was wel de Q2Q mogelijkheid in Dollywood! Wij vonden het fantastisch, en voor de prijs hoef je dat ook niet te laten. Het voorkomt dat je heel lang in de rij staat te wachten, iets dat Peter gewoon niet meer zo goed kan. Met deze apparaatjes en de mogelijkheid te reserveren hoef je de wachttijd dus niet stil te staan, maar kun je iets anders gaan doen, of gewoon op een bankje gaan zitten. Heel handig! Bij Kings Island is die mogelijkheid er niet. Je mag een VIP kaartje kopen, en dan word je onder begeleiding naar alle attracties gebracht. Dat kost echter $199 per persoon. Daarnaast heb je bij Kings Island als seizoenspashouder enkele voordelen, maar daar blijft het bij. Voor ons was dat wel een gemis in het park, zeker na het ervaren van de voordelen bij Dollywood. Genoeg over de vergelijking van de parken, terug tot de orde van de dag.

Als we terug zijn bij de auto besluiten we eerst nog even terug te gaan naar het hotel om even bij te komen. Daar doe ik het achterstallige reisverslag bijwerken en Peter kijkt een beetje TV. Om half 8 hebben we honger en we besluiten een Long Horn restaurant op te zoeken. Er ligt er eentje in West Chester, en dat is voor ons ongeveer 10 minuten rijden. Ik heb toch zo’n zin in die heerlijke strawberry-pecan salade die ik een paar dagen geleden ook at in Pigeon Forge.

Het is enorm druk bij het restaurant, zelfs nog op dit uur. We moeten dan ook een half uur wachten. Als we buiten zitten voelt Peter opeens dat zijn tas aan de onderkant helemaal nat is en we weten al meteen wat dat betekent: de tap van de koelbox is weer open! We gaan terug naar de auto en controleren ons vermoeden, we hebben gelijk. Het tapje dat aan de onderkant zit om de koelbox leeg te kunnen laten lopen is inderdaad weer open gegaan en opnieuw is al het smeltwater van het ijs in de zitting gelopen en door de zitting heen op de bodem van de auto terecht gekomen, gelukkig alleen aan de bijrijderkant. Dat probleem hadden we vorige week ook al op onze eerste dag in de Smoky Mountains. Wat een rot koelbox! De bodem van de auto is echt zeiknat! Gelukkig ligt er niets dat schade heeft opgelopen, en het is gelukkig alleen maar water dus dat droogt wel weer.

Na dit “evenement” zijn we al aan de beurt in het restaurant en we worden naar onze tafel gebracht. Ik hoef het menu nog niet eens te zien, ik weet al wat ik wil! Ik wil die salade, en dan graag als hoofdgerecht opgediend. Normaal staat dat alleen op de lunchkaart, maar in Amerika maken ze nooit een probleem van special requests! Heerlijk is dat, die service. Ik verheug me er enorm op. Peter kiest weer de Franse uiensoep en als hoofdgerecht gaat hij voor de gegrilde zalm.

Het duurt even voordat we het eten krijgen, waarschijnlijk komt dat door de drukte in het restaurant. Maar we klagen niet, want het is wel heerlijk. Ik smul weer enorm van de salade, ik zou er veel voor over hebben om hiervan het recept te krijgen. Ik heb al gezien dat je de raspberry-vinaigrette-dressing ook in de supermarkt kan krijgen, dus die gaat zeker op het boodschappenlijstje om mee naar huis te nemen. Eens kijken of ik dit thuis ook voor elkaar krijg. De ingrediënten zijn verder eigenlijk heel simpel: jonge sla, aardbeien, mandarijntjes, druiven, feta en walnoten, en natuurlijk de dressing niet te vergeten. De gegrilde kip gaat bovenop om er een hoofdgerecht van te maken. Deze salade staat niet op het gewone menu maar op de kaart met speciale gerechten en die wisselt geregeld. Volgens de ober is deze salade nog maar tot 1 juli a.s. verkrijgbaar. Wie hem dus nog wil proberen moet opschieten! Bij mij gaat hij in elk geval nog eens op het lijstje voor de laatste week van de vakantie.

Na het eten gaan we weer terug naar het hotel, we zijn moe! We besluiten om morgen in elk geval uit te slapen, en daarna rijden we gelijk door naar Chicago. We hebben besloten om de vliegshow in Indianapolis over te slaan en er een extra nacht in Chicago aan te plakken. Ik heb het hotel gereserveerd met Priceline en het lukt ons om die reservering uit te breiden tegen dezelfde prijs. En dat voor een zaterdagnacht! We zitten dus de hele laatste week in Chicago. Dat zal beslist geen probleem zijn, er is genoeg te beleven!

1 opmerking:

  1. Grappig, je vergelijking tussen Dollywood en King's Island. Wij vinden King's Dominion om soortgelijke redenen niet bijster leuk en Six Flags is nog minder. Een deel van een pretpark is toch wel de sfeer en als je ongeinteresseerde jongeren hebt, die de roller coasters laden, ontbreekt er wat. Busch Gardens en Hershey Park in dit gebied zijn wat dat betreft leukere parken.

    BeantwoordenVerwijderen