Dag 1: Vrijdag 22 mei 2009

✈ Amsterdam – Jacksonville (Florida)

De wekker loopt alweer vroeg af deze morgen, zelfs na een korte nachtrust. Zoals altijd ga ik de laatste avond voor vertrek veel te laat naar bed, omdat ik nog laat bezig was met inpakken. Hoewel ik gisteren de hele dag vrij was –het was immers Hemelvaartsdag– kon ik pas ’s avonds beginnen, omdat ik de rest van de dag nodig had voor het afmaken van de reisplanning. Natuurlijk was die wel al grotendeels klaar, maar ik had nog een paar dingen op mijn to-do lijstje staan. Een drukke agenda in de weken voor onze vakantie heeft me belet om eerder klaar te zijn. Die planning maak ik omdat ik graag goed voorbereid op vakantie ga, ik wil me tijdens de reis niet bezighouden met uitzoeken wat ik wil gaan doen. Ik wil dan vooral genieten. Dat betekent niet dat we ook alles zullen doen dat in de planning is opgenomen, maar wel dat we kunnen kiezen uit een reeks van mogelijkheden die past bij onze stemming en bij het weer. Alle eerdere vakanties hebben ons een aardig idee gegeven van de manier waarop we graag vakantie vieren en de dingen die we leuk vinden om te doen. We houden van afwisseling. Natuur en steden, cultuur en winkelen, en natuurlijk op z’n tijd ook lekker eten. Het is allemaal vertegenwoordigd in de reisplanning. Zo doe ik dat nu eenmaal graag. Maar nu loop ik wel op de zaken vooruit, we moeten immers nog vertrekken, en daarvoor heb je wel een gevulde koffer nodig.

Als ik ben gedoucht en aangekleed ga ik verder met inpakken. Ik moet de toilettassen nog klaarmaken en nog bepalen wat we gaan meenemen aan handbagage. En natuurlijk moeten ook de koffers nog even gewogen worden om niet te worden aangeslagen voor overgewicht. De bagage bestaat uiteindelijk uit 1 grote halfharde koffer die slechts halfvol is met kleding en toilettassen, een superhandige reistas met een dubbele bodem (ook halfvol met kleding), 1 grote reistas van Samsonite met daarin een andere Kipling-reistas met de boeken, de meeste schoenen en een kleinere lege reistas die we op de terugreis als handbagage kunnen gebruiken. We moeten immers ook nog ruimte overhouden voor de gekochte spullen tijdens onze vakantie. Alles past ruim binnen de gewichtsmarges en ik ben er trots op zo licht te hebben gepakt. Even voor 8 uur ’s ochtends bellen we aan bij de buren om nog even onze mobiele telefoonnummers uit te wisselen –zij zullen op ons huis passen en de plantjes water geven– en dan stappen we in de auto.

Vanuit Muiden is het maar enkelen minuten rijden naar het station in Weesp waar we op een rechtstreekse trein stappen naar Schiphol. Bij het station in Weesp mag je gratis parkeren, en dat is wel handig! Het scheelt in elk geval weer dure taxikosten, dat is ons vorig jaar erg tegengevallen. Met de stoptrein zijn we in 25 minuten op de luchthaven, zonder vertraging. We zoeken de United incheckbalie op en sluiten aan in de rij. Bij de balie staan 2 rijen voor de economy klasse. Één rij voor de “bag-drop-balies” waar de koffers moeten worden afgegeven door de reizigers die eerder thuis hebben ingecheckt of bij de machine op de luchthaven, en één rij voor de incheckbalies. Omdat ik nog wil proberen om stoelen te krijgen bij de nooduitgang hebben we niet online ingecheckt en we sluiten dus aan voor de incheckbalies. Voor beide rijen zijn 2 balies open, maar gek genoeg gaat de incheck-rij veel sneller. Na een half uurtje zijn we aan de beurt, terwijl mensen die tegelijk met ons in de andere rij aansloten pas halverwege de rij staan.




Volgens de grondstewardess zijn er geen 2 plaatsen naast elkaar meer vrij bij de nooduitgang, maar ze plaatst ons op de stand-by lijst voor deze stoelen. Mochten ze alsnog vrij komen dan worden we bij de gate omgeroepen. Gelukkig hebben we wel een economy plus abonnement, dus we hebben sowieso zitplaatsen met meer beenruimte. Deze mogelijkheid is ook de reden waarom we bij voorkeur met United vliegen als we naar Amerika gaan, de overige carriers bieden die service (nog) niet.

Na het inchecken gaan we door de douane, ook dat gaat heel vlug, en dan lopen we nog even langs de verschillende winkeltjes. We kopen nog een nieuwe reisstekker en wat tijdschriften en dan gaan we ontbijten bij Café Amsterdam. Hier verloopt de service aanzienlijk minder vlot, de ober heeft er duidelijk geen zin in vanochtend. Hij loopt met een slakkengangetje en we moeten hem alles 3 keer vragen. Eerst om te mogen bestellen, dan waar het drinken blijft en na het eten om te mogen betalen. En dan duurt het ook nog een eeuwigheid voordat we het wisselgeld terugkrijgen. Maar we laten onze dag niet bederven, we gaan immers 3 weken van goede service tegemoet!

Om 11 uur lopen we naar de gate waar we ook alweer snel langs de beveiliging zijn. We moeten weer de standaardvragen beantwoorden en als onze handbagage is gescand nemen we plaats in de wachtruimte. Al snel worden hier onze namen omgeroepen en tot onze vreugde krijgen we hier nieuwe instapkaarten met 2 plaatsen bij de nooduitgang. Jippie!

Om half 12 start het boarden en in no time zit iedereen in het vliegtuig, een Boeing 767-300. We hebben fantastische plaatsen! Met z’n tweetjes naast elkaar, bij het raam en de nooduitgang, bijna gelijk achter de business class. Als de deur van het vliegtuig dicht gaat valt ons op dat het vliegtuig half leeg is en de plaatsen bij de nooduitgang aan de andere kant van het vliegtuig zijn alle vier nog vrij. En tot onze verbazing blijft dat ook na de start zo gedurende de hele vlucht, niemand die op het idee komt hier te gaan zitten.

We vertrekken perfect op tijd, Rond half 1 zitten we al boven de wolken en is er van Nederland nauwelijks nog iets te zien. Helaas is er stevige bewolking gedurende de hele vlucht, van IJsland en Canada is niets te zien. We worden regelmatig voorzien van drinken en de verzorging is goed. Voor Peter hadden we deze keer een speciale maaltijd besteld: low fat en die krijgt hij al snel na de start aangereikt. Die smaakt hem best goed! Mijn maaltijd daarentegen is minder smakelijk, en later blijkt ook dat die slecht valt. Ik krijg er buikkrampen van, wordt misselijk en voel me behoorlijk beroerd. Maar gelukkig is dat na een paar uurtjes ook weer over en dan kan ik zelfs een beetje slapen. Ik kijk de film “Seven Pounds” met Will Smith, maar zet die halverwege weer af omdat ik steeds ervan moet huilen. Dan ga ik maar lezen. Ik heb een paar leuke tijdschriften, waaronder ook mijn grootste favoriet: de Linda. Daar vermaak ik me eerst mee. Ook doe ik wat spelletjes op de IPod en luister naar muziek. Die speciale hoofdtelefoon voor slechthorenden die ik heb gekocht voor de IPod is echt een geweldige uitvinding! Hij werkt ook op het systeem van het vliegtuig en ik kan dus ook goed volgen wat er door de purser wordt omgeroepen.

We landen perfect op tijd op Washington Dulles en doordat we gelijk achter de Business Class zitten zijn we in no time uit het vliegtuig. Dat gaat super snel. We lopen naar de immigratie en daar staat wonder boven wonder nog geen rij. Binnen 5 minuten zijn we erdoorheen. Na de immigratie staan de koffers al op ons te wachten ¬–hoe doen ze dat toch zo snel?– en die moeten we nog door de douane loodsen. Daar staat wel een korte wachtrij maar ook daar zijn we snel doorheen. Dan de koffers weer op de band gooien, door de beveiliging ––waar de langste rij staat– en naar de gate. Er zijn nog geen 25 minuten voorbij als we daar plaatsnemen. Een record voor ons!

Het volgende vliegtuig vertrekt iets later dan gepland, maar dat mag eigenlijk geen naam hebben. Het levert ons slechts 5 minuten vertraging op bij de landing. Ook tijdens deze vlucht zitten we weer bij de nooduitgang, maar mijn stoel is waardeloos. Die is aangepast voor de nooduitgang en daardoor is het zitvlak een heel stuk korter en loopt schuin af. Gelukkig duurt de vlucht maar 1½ uur, maar dan ben ik ook blij om weer te kunnen opstaan.

Het vliegveld in Jacksonville is heel klein en ook ons vliegtuig is niet bepaald groot. We moeten dan ook buiten uitstappen en via een gemarkeerd pad naar de terminal lopen. Buiten krijgen we een optater van de warmte en de vochtigheid. Het is gelukkig wel droog, maar de lucht lijkt heel nat. Hoewel we daar op gerekend hebben valt het in de werkelijkheid toch altijd wat tegen. Al snel zijn we bij de bagagebanden. Naast de bagagebanden ligt ook de balie van National en daar staat geen rij. We besluiten dan ook om eerst even de auto te regelen. Bij het invoeren van al onze gegevens gaat Peter even de koffers ophalen en zo slaan we 2 vliegen in 1 klap. We hebben een midsize SUV gereserveerd en leggen uit dat de stoel van de auto voor Peter erg belangrijk is vanwege de pijn. We mogen dan ook verschillende auto’s proberen, de medewerker van National loopt met ons mee. We nemen achtereenvolgens plaats in een Ford Escape, een Toyota RAV4, een Nissan Rogue en een Jeep Patrol. De Ford en de Nissan zitten het lekkerst, maar vanwege de grotere kofferruimte kiezen we voor de Ford. De Escape is het kleinere broertje van de Ford Explorer die we al 2 keer eerder mochten rijden tijdens de vakantie, dus die zal ons best bevallen. We proberen nog een upgrade te krijgen, maar die zijn veel te duur. Voor een klasse hoger moeten we bijna $600 bijbetalen voor 3 weken en dat is ons veel te gortig. Dat ligt duidelijk aan onze slechte timing, Memorial Day Weekend staat voor de deur en op deze vrijdag gaan veel Amerikanen eropuit voor een lang weekend. Er staan inderdaad niet veel auto’s in de garage.

We installeren ons in de auto en als we willen wegrijden ontdekken we dat we geen contract hebben gekregen. Peter loopt nog even terug om dat op te halen, zodat we geen problemen krijgen als we onderweg worden aangehouden en dan gaan we echt op pad. We gaan nog niet meteen naar het hotel maar willen eerst nog even een Walmart opzoeken met ons boodschappenlijstje. De van thuis meegebrachte TomTom brengt ons in no time ernaartoe. Het verzamelen van de boodschappen kost uiteindelijk nog best veel tijd. Die winkels zijn ook zo groooooot…… We gaan kriskras door de winkel en worden door de medewerkers alle kanten opgestuurd, en vooral de verkeerde. Toch lukt het ons om bijna alles te vinden en met een gevulde winkelkar gaan we weer naar buiten. Het is inmiddels bijna half 10 ’s avonds –half 4 ’s nachts Nederlandse tijd– maar we gaan nog niet naar het hotel, we hebben nog één tussenstop te gaan: Applebee’s. Peter verheugt zich al maanden op de eerste riblet platter bij Applebee’s en hij kan niet gaan slapen zonder deze feestmaaltijd. De buffalo chicken tenders nemen we samen als voorgerecht en als hoofdgerecht kies ik de quesadilla burger. Nog nooit eerder heb ik zo’n lekkere burger gehad. Applebee’s blijft echt onze grote favoriet!

En nu vallen onze ogen echt dicht, we zijn doodop en rijden met de TomTom in 1 keer naar ons hotel, het Holiday Inn bij Jacksonville Airport. We ploffen alles neer op de kamer, een mooie schone en ruime kamer, maar jammer genoeg wel erg vochtig. We duiken gelijk het bed in. Lekker slapen!

Dag 2: Zaterdag 23 mei 2009

Jacksonville (Florida) – Savannah (Georgia)

Ik word als eerste wakker rond half 7 en om Peter nog even te laten slapen ga ik eerst even met de laptop aan de slag. Wat zijn de weersvoorspellingen? Die zijn jammer genoeg niet al te best voor de eerste week. We zullen wel zien hoe het gaat lopen.

Peter wordt uiteindelijk pas wakker rond 9 uur, die had zijn slaap hard nodig. We hebben redelijk geslapen, het klamme bed was niet zo prettig, maar we waren moe genoeg om erdoorheen te slapen. Als we opstaan gaan we eerst aan de slag met het reorganiseren van onze koffers en verzamelen de spulletjes die we in de auto willen laten. We regelen het zo dat we niet telkens alles mee hoeven te slepen het hotel in. Daarna gaan we douchen en aankleden en mailen we nog even met het thuisfront. Het is uiteindelijk al half 11 als we uitchecken. In de auto geven we alles een definitief plekje en dan gaan we op pad. Eerst naar het welcome center van de staat Georgia, daar komen we langs op de I-95 en dan naar de Publix in Kingsland. Hier kopen we onze favoriete Cinnamon Twist Donuts en wat andere lekkere en gezonde dingen die we bewaren in de koelbox. Ontbijt en lunch zullen we meestal –zoals altijd– vooral uit de koelbox halen en ’s avonds zoeken we een restaurantje op.

In de auto eten we ons ontbijtje en gaan dan verder op pad. Het is dan inmiddels alweer 1 uur geweest en we moeten nog 1½ uur rijden naar Savannah. Onderweg regent het af en toe behoorlijk hard en de bewolking is grijs en voorspelt niet veel goeds. We rijden gelijk naar ons hotel en worden bij het binnenrijden van het Historic District van Savannah al gelijk een klein beetje verliefd op dit gezellige stadje. Ons hotel ligt aan de rand van Historic District, Vlakbij Franklin Square en de City Market: het Best Western Promenade Hotel. Hier checken we in en we brengen onze koffers naar onze kamer. Jammer genoeg hebben we een kamer met 2 double beds in plaats van een king bed, maar dat mag de pret niet drukken. Het is wel een heel nette kamer en ook de ligging is perfect, zo midden in het centrum. Parkeren kunnen we voor de deur, en het kost ons slechts $7 per dag.

We frissen ons een beetje op en gaan dan weer op eropuit. Omdat het weer zo slecht is besluiten we te gaan winkelen in de outlet op Hilton Head Island. Onderweg komen we zelfs terecht in een file maar die is niet zo lang gelukkig. De outlet bestaat hier uit 2 verschillende gedeeltes die een heel stuk uit elkaar liggen. We beginnen bij het tweede deel, daar blijkt het waanzinnig druk en we moeten zoeken naar een parkeerplekje. Dat zijn we niet gewend! Je kunt wel merken dat dit een vakantieweekend is voor de Amerikanen. Peter slaagt voor een paar leuke en nette zwarte slippers en ik koop een sjaaltje. Ook koop ik hier een voorraadje Nioxin, een speciale shampoo en conditioner voor mensen die kaal worden. In Nederland betaal ik me hier blauw voor, in Amerika scheelt dit meer dan de helft!

Daarna rijden we naar het andere gedeelte van de outlet maar daar is werkelijk niets te beleven. We kopen hier uiteindelijk ook niets meer en zijn snel uitgekeken. We zijn moe, we hebben honger en besluiten om te gaan eten. Tijdens een van onze vorige reizen hebben we ooit gegeten bij Houlihan’s en ik wilde zo graag nog een keer langs deze keten. Na 2002 zijn we deze keten nooit meer tegengekomen, maar in het Zuidoosten zijn ze wel vertegenwoordigd. Ik heb het adres genoteerd en met TomTom rijden we er zo naartoe.

Peter kiest hier voor een uiensoep en een salade met gegrilde kip, ik ga voor de buffalo tenders en een hoofdgerecht van zalm. Mijn hoofdgerecht smaakt niet echt lekker, de zalm is veel te gaar en de combinatie van knoflookspinazie, zoete aardappeltjes en zalm in mosterd met botersaus vind ik echt niet lekker. Ik laat het gerecht dan ook staan. Natuurlijk heeft de serveerster dat al snel door en ze biedt me een andere keuze aan van het menu, dat neem ik graag aan. Ik kies deze keer voor de tonijn a la sushi met een salade en die smaakt voortreffelijk! Ik hoef het oorspronkelijke gerecht niet te betalen, maar uiteraard geeft ik wel een extra fooi. Heel goede service!

Na het eten gaan we terug naar het hotel en vermoeid ploffen we neer in bed. Ik wil nog even lezen, maar kom niet echt ver, mijn ogen vallen al snel dicht. Peter is ook moe en even na 9 uur gaat het licht al uit. Welterusten!

Dag 3: Zondag 24 mei 2009

Savannah (Georgia)

Om kwart over 4 ’s nachts ben ik klaarwakker. Ik lig 3 kwartier wakker en kan echt niet meer slapen, ik besluit dan maar op te staan en achter de laptop te gaan zitten. Hopelijk wordt Peter niet wakker en kan hij nog even doorslapen. Ik bekijk de weersvoorspellingen en zie dat het niet echt beter wordt vandaag. Ik probeer wat alternatieven te bedenken, maar omdat het zondag is gaan de meeste dingen pas laat open. Ik vermaak me wel met de laptop en het reisverslag, en om even over 7 uur is Peter ook wakker en zet de tv aan. Ik neem de tijd voor het douchen en besteed extra veel aandacht aan de verzorging van mijn voeten, die hebben de komende weken immers veel te lijden.

Om 8 uur willen we ontbijten en Peter gaat wat dingen uit de koelbox scoren in de auto. De regen komt echt met bakken naar beneden, er zit dus niets anders op dan nog even rustig aan te doen. Rustig ontbijten en dan zien we wel weer verder. Het ontbijt smaakt ons best, we hebben yoghurt, verse aardbeien met shortcakes –hoe heet dat in het Nederlands?-, cinnamon twists en nog een croissantje. Na het ontbijt is het nog steeds niet droog, en het blijft er heel dreigend uitzien. We besluiten dan nog maar een dagje te gaan winkelen vandaag en de andere bezienswaardigheden voor morgen te bewaren. BassPro gaat pas open om 10 uur vandaag, en de shopping mall zelfs pas om 12 uur omdat het zondag is. We zoeken daarom eerst de BassPro op. Het is een kleine vestiging en we zijn hier redelijk snel uitgekeken. Ernaast ligt een grote Target winkel, dan gaan we die ook nog maar even verkennen. Ik vind er een paar leuke zwarte teenslippers, volledig leer, voor maar $15. Dat is toch geen geld?

Als we daar naar buiten komen is het pas 11 uur, het duurt nog een uur voor de mall is geopend. We merken nu wel dat het buiten wel een beetje is opgeklaard, de heel donkere wolken zijn vervangen door lichte exemplaren met een waterig zonnetje erachter. We besluiten daarom om toch nog maar wat cultuur te gaan snuiven en we rijden naar Bonaventure Cemetery. Het is ongeveer 20 minuutjes rijden en met de navigatiehulp rijden we er zonder problemen naartoe. Het ligt midden in een woonwijk, en even denken we toch verkeerd te zijn. Maar dan om de hoek zien we de prachtige ingang. We melden ons eerst bij het bezoekerscentrum voor een plattegrond en dan wandelen we over het grote kerkhof naar het oudste gedeelte dat helemaal achterin ligt. Het is een heel mooie plek met een bijzondere sfeer.



Als we er zijn uitgekeken is het inmiddels half 1 en we zien weer donkere wolken aankomen. We rijden daarom toch maar naar de mall. De Savannah Mall staat als eerste op ons lijstje en daar zoeken we als eerste de food-court op, we hebben honger gekregen. Er is niet zo veel keuze en we kennen de tentjes hier ook niet, we sluiten daarom aan bij de drukste tent, die moet wel goed zijn, toch? Het is een tentje dat Gyros verkoopt in verschillende stijlen. Op de borden staat zelfs hoe je het moet uitspreken: yee-ro in het Amerikaans. Grappig! Peter bestelt de classic beef-gyros en ik de kip-gyros. Dat wordt geserveerd in een pitabroodje met sla en tzatziki, in het Amerikaans “z-sauce” genoemd. Mjammie, het is echt overheerlijk!

Als onze magen weer zijn gevuld gaan we het winkelcentrum onveilig maken. Die is niet echt groot, maar ook niet heel klein. Een middenmoter dus. Er liggen wel een paar leuke winkels, al kun je goed zien dat de crisis ook hier heeft toegeslagen omdat veel winkels leeg staan. We vinden er twee speciaalzaken voor grote maten, Cato en Lane Bryant. Bij Cato koop ik maar liefst 5 nieuwe broeken voor heel weinig geld: 3 zwarte broeken, een jeans en een grijze. ik betaal er iets meer dan $80. Die broeken kan ik heel goed gebruiken! Een paar broeken waren in de uitverkoop (ik betaalde voor 1 broek maar $11), maar ook de gewone collectie is hier spotgoedkoop (de duurste broek kostte $20). Deze broeken zijn van een heel mooie kwaliteit en hebben voor mij echt een goede pasvorm. In Nederland is de verhouding tussen bovenbeenwijdte, billen en taille niet op mij gesneden, maar hier sluit alles perfect aan. Ze zitten als gegoten, en dat voor zo weinig geld. Bij Lane Bryant heb ik in het verleden al vaker veel leuke dingen gescoord, maar vandaag vind ik er niets van mijn gading.

Bij Dillards koop ik nog een zonnebrandmelk van Clinique, helaas ben ik mijn favoriet Biodermal vergeten mee te nemen. Ik ben erg fan van Biodermal omdat hun zonneproducten behalve beschermen, ook de bruining versnellen. Ik ben zo blank dat ik snel verbrand en heel moeilijk bruin wordt, maar met dit product kleur ik toch best behoorlijk. Clinique lijkt een goede vervanger. Voor Peter proberen we nog een paar leuke nieuwe korte broeken te vinden, maar hij kan nergens slagen. De mode voor korte broeken is tot net op of over de knie, terwijl Peter graag nieuwe 3/4 broeken wil. Die bestaan gewoon niet meer!

Als we hier zijn uitgekeken rijden we naar de Oglethorpe Mall een stuk verderop. Die is veel mooier en gezelliger, maar wel wat kleiner. Er ligt een grote Fye waar Peter een nieuw spelletje koopt voor de PSP en tot mijn grote verrassing komen we hier ook nog een heel leuke grote maten winkel tegen: Ashley Stewart. Hier hebben ze heel veel kleurtjes en alle kleurtjes zijn op elkaar afgestemd. Heel veel dingen kun je zo onderling gemakkelijk combineren. Het lijkt wel een snoepwinkel, ik raak niet uitgekeken. Ik pas van alles en uiteindelijk ga ik naar buiten met aardig wat nieuwe dingen. Ik heb weer 4 nieuwe broeken gekocht (2 witte, een bruine en een oranje), een nieuwe rok, een witte blouse/blazer met korte mouwen, een topje en een oranje ketting. Ik betaalde nergens meer dan $29 voor. Ongelooflijk, kom daar in Nederland maar eens om! Ik ben echt helemaal blij met mijn nieuwe garderobe.

We eindigen de winkel-tour bij Borders waar ik nog een paar leuke boekenleggers vind voor mijn verzameling en een leuk boekje over Chicago. Dan gaat de winkel sluiten en moet ik me haasten om naar buiten te komen. Het is inmiddels weer 6 uur geweest en we zijn hongerig geworden van de winkelexpeditie. De laatste stop vandaag wordt een restaurant en we kiezen voor de Olive Garden. Op het forum heb ik daar goede dingen over gehoord en we hebben er nog nooit eerder gegeten. Vlakbij de mall ligt er een, dus we hoeven niet ver te rijden.

Hoewel het er enorm druk lijkt te zijn, hoeven we niet lang te wachten op een tafeltje voor ons tweeën. Op de kaart zien we allerlei lekkere dingen en we vinden het moeilijk een keuze te maken. We starten met 2 verschillende voorgerechten en een lekker glas wijn. Ik vraag de ober naar een zoete rosé –ik vind droge wijn echt niet lekker- en dan wil hij me graag een heel nieuwe wijn laten proeven. Die is echt heerlijk! Peter drinkt lekker een glaasje mee, erg gezellig! Als hoofdgerecht bestelt Peter de lasagne en ik een tour of Italy, een verzameling van 3 gerechten. Alles smaakt overheerlijk, maar het is wel erg veel. De porties zijn enorm groot en bij de hoofdgerechten wordt ook nog eens een salade en brood geserveerd. We krijgen het echt niet op. We laten het ons wel goed smaken en besluiten dat deze keten echt wel op ons lijstje van favorieten thuishoort, de volgende keer moeten we alleen anders bestellen.

Na het eten gaan we terug naar het hotel, we zijn echt doodmoe. De korte nacht breekt me op en na een beetje internetten en lezen gaat het licht om half 10 alweer uit. We moeten nodig wat slaap inhalen, hopelijk gaat dat vannacht lukken.

Dag 4: Maandag 25 mei 2009

Savannah (Georgia)

Deze nacht word ik alleen om 5 uur even wakker om te plassen, maar daarna kan ik heerlijk verder slapen. Om 8 uur maakt Peter me wakker met goed nieuws: het is prachtig weer buiten! Ik krijg er gelijk heel veel energie van en spring uit bed gelijk onder de douche. Geen tijd te verspillen! Ik heb gelukkig heerlijk geslapen, net als Peter overigens en ik ben blij dat we een beetje in het ritme lijken te komen. We hebben er duidelijk wat meer tijd voor nodig dan alle vorige keren.

We hebben allebei niet veel honger en slaan een ontbijt over. In plaats daarvan lopen we het stadje in op zoek naar de bezienswaardigheden. Ik kan niet wachten! Na 2 regenachtige dagen is het heerlijk om een dagje buiten te kunnen vertoeven. Hoewel het erg warm is, veel warmer dan de vorige dagen, lijkt het wel iets minder vochtig te zijn. Gelukkig is er in het stadje ook veel schaduw door de vele bomen. We doen alles te voet, ik heb tijdens de voorbereidingen thuis een wandelroute uitgestippeld langs alle mooie plekjes. We hebben geen zin om de cultuur aan de binnenkant op te snuiven en houden het vandaag alleen bij de buitenkant van alle mooie gebouwen. We genieten van de mooie architectuur, de prachtige smeedijzeren balkons en hekwerken en van de gezellige pleintjes –squares in het Amerikaans– die Savannah zo kenmerken. Onderweg nemen we een laat ontbijt dat heerlijk smaakt en daarna doorkruisen we Colonial Cemetery.





We eindigen in Emmett Park en van daaruit lopen we via Factor’s Walk naar River Street. Hier flaneren we langs de vele souvenirwinkeltjes terug naar het hotel. Ik koop een leuk cadeautje voor mijn broertje in de Harley Davidson winkel en ik vind een leuke ketting met een glazen hanger in verschillende kleuren. Ik ben dol op die glazen hangers! Dit is mijn derde, en de andere 2 heb ik op eerdere reizen ook in Amerika gekocht. Ook scoren we hier in een van de winkeltjes onze eerste kerstboomversiering van deze reis, het zal zeker niet de laatste zijn.



Om kwart voor 3 zijn we terug in het hotel waar we een uurtje pauzeren. Ik kleed me om in de outfit die ik gisteren heb gekocht en even voor 4 uur gaan we weer op pad, deze keer met de auto. We besluiten om Tybee Island op te zoeken. Met de auto is dat iets minder dan een half uurtje rijden. Bij het visitor center probeer ik een kaart te vinden van de plekken waar de schildpadden komen, maar die kaart bestaat niet meer. Er word me verteld dat er dit jaar nog geen schildpadden zijn gesignaleerd en nog geen eieren zijn gelegd, door het slechte weer van de laatste weken zijn die dit jaar later dan normaal. Als alternatief gaan we naar de vuurtoren. Die blijkt helaas al gesloten, dus ook hier kunnen we alleen de buitenkant nog op de foto zetten. We wandelen dan even naar het strand, maar dat kan ons niet echt bekoren. We zijn nu eenmaal geen strandmensen. We houden wel van rotsige en ruige kusten, maar niet van die doodgewone zandstranden, vooral niet als ze vol liggen met halfnaakte mensen ;-)

We stappen weer in de auto en rijden terug naar het hotel, dat was een kort uitstapje en niet echt de moeite waard. We parkeren de auto en lopen het centrum van Savannah in op zoek naar een restaurantje. We belanden bij een Tony Roma’s, daar hebben we van vorige keren goede herinneringen aan. Het restaurant ziet er erg ongezellig uit, heel anders dan in onze herinneringen van andere restaurants van dezelfde keten. Ik bestel de potato skins als voorgerecht en de filet mignon als hoofdgerecht. Peter gaat voor de spare ribs. De potato skins blijken erg droog te zijn, de filet mignon bevat nog redelijk wat vet –dat zou je niet verwachten bij een filet- en de baked potato heeft een rare bijsmaak. Ik eet dan ook heel weinig, maar de serveerster heeft er weinig aandacht voor. Ik besluit er verder niets van te zeggen, we laten het erbij. We gaan lekker terug naar het hotel voor een rustig avondje bij de tv en op het internet. Nu vallen de oogjes weer toe, we gaan lekker slapen!

Dag 5: Dinsdag 26 mei 2009

Savannah (Georgia) – Charleston (South Carolina)

De onderbreking om 5 uur om te plassen lijkt routine te worden, maar gelukkig kan ik ook deze nacht daarna gewoon verder slapen. Om half 8 word ik weer wakker, maar omdat Peter nog slaapt ga ik op bed nog even met de laptop aan de gang. Even na 8 uur sluit ik me op in de badkamer om me klaar te maken voor een nieuwe dag. Het duurt dan niet lang meer tot Peter me komt vergezellen. Als we klaar zijn eten we een beetje ontbijt en we pakken onze koffers weer in. Daarna checken we uit, we gaan vandaag op weg naar Charleston in South Carolina.

Het is inmiddels half 10 geweest als we in de auto zitten. Het is opnieuw prachtig weer, met een bewolkte lucht en veel zon. Zo vroeg op de ochtend is het al heel warm, de zon brandt door de ramen op onze huid. Vanuit de auto neem ik nog even contact op met het thuisfront om even bij te kletsen en van mijn moeder hoor ik over het noodweer in Nederland, dat klinkt heel heftig. Zij vertelt dat het hele land ontregeld is en dat er rond Amsterdam en Utrecht verschillende snelwegen zijn afgesloten. We schrikken ervan! Ik besluit gelijk om even te bellen met Pieter, onze buurman, om te vragen of alles oké is in en rond ons huis. Gelukkig kan hij dat bevestigen, we hoeven ons dus niet verder ongerust te maken.

Voordat we naar Charleston gaan willen we de Sheldon Church Ruïnes bezoeken, een fotogenieke plek vlakbij Beaufort. Omdat het adres niet heel precies is en de TomTom moeite heeft met deze locatie maken we een behoorlijke omweg die later niet nodig bleek, maar achteraf is alles gemakkelijk te vinden natuurlijk. Ik vind het wel de moeite waard, het is een prachtige plek zo tussen de bomen. Ik schiet er een aantal plaatjes en dan rijden we weer verder naar Charleston.



Onderweg wordt de lucht weer een stuk donkerder en er vallen een paar druppels regen, niet echt noemenswaardig. Vlakbij Charleston stoppen we nog even bij een visitor center voor wat informatie en dan besluiten we gelijk door te rijden naar Mount Pleasant voor een bezoek aan Patriot Points, een museum dat bestaat uit het bekende vliegdekschip USS Yorktown, en daarnaast nog een paar andere boten. Eindelijk mogen we zo’n enorm schip eens van dichtbij bekijken. Het toeval wil dat Peter gisteren op AMC –een Amerikaanse tv zender– nog de film “Midway” heeft gezien, een oorlogsfilm waarin deze boot is te zien. De film gaat ook nog eens over een waar gebeurd oorlogsverhaal waarin de boot een belangrijke rol heeft gespeeld. Helemaal toevallig is dat natuurlijk niet, omdat het gisteren Memorial Day was, een dag waarop in Amerika alle gevallen oorlogsslachtoffers worden herdacht. Op elke tv zender werd er aandacht besteed aan de herdenking en veel zenders lieten oorlogsfilms zien.

De boot maakt op ons een enorme indruk. Wat is hij groot! Er zijn verschillende tours uitgezet op de boot zodat je een goed beeld krijgt van wat zich er allemaal op afspeelt. Er woonden en werkten maar liefs 3.500 bemanningsleden op het schip en die waren soms wel maanden achter elkaar op zee. Tijdens zo’n periode moet er aardig wat vracht mee. De bemanningsleden moeten natuurlijk ook elke dag eten, en daarnaast moet er aardig wat onderhoudsmateriaal en bommen aan boord zijn. Ongelooflijk! Erg mooi om te zien.





Als we het schip helemaal bezichtigd hebben rijden we naar de Boone Hall Plantation. Deze ligt vlakbij het museum, ook in Mount Pleasant. Deze plantage is vooral bekend geworden door de serie North and South, hoewel alleen de buitenkant en de bibliotheek in de serie zijn gebruikt. De scene waarin Ozzie Maine ¬–gespeeld door Patrick Swayze– op zijn paard de enorme oprijlaan afstuift onder de eikenbomen is heel bekend. Een prachtig gezicht!

Na het parkeren van de auto melden we ons aan voor de tour door het huis en daarna bekijken we de slavenverblijven. Indrukwekkend! In een van de verblijven hangt een overzicht van alle slavenschepen die vanuit Afrika naar Amerika zijn gekomen, en dat is een indrukwekkende lijst. We krijgen er allebei kippenvel van. Als we de kleine slavenhuisjes gezien hebben melden we ons bij de ingang van het huis voor een rondleiding.

Het huis is ingericht met antiek uit de 18e en 19e eeuw dat door de jaren heen nog heel goed bewaard is gebleven. Indrukwekkend. Het huis is niet zo groot, dus ook de tour is al snel afgelopen. Alleen een gedeelte van de benedenverdieping is open voor het publiek, en daarnaast zijn ook de tuinen toegankelijk, maar die zijn niet zo indrukwekkend.



We nemen nog even een kijkje in de vlindertuin, maar die bestaat op dit moment alleen nog maar uit rupsen en cocons, er is nog geen vlinder te zien. Omdat het inmiddels alweer half 6 is, besluiten we om te gaan eten en daarna het hotel op te zoeken. Op weg naar de plantage kwamen we een Applebee’s tegen, en dat lijkt ons een goede keuze voor vandaag. Het is maar 5 minuutjes rijden.

Het is er niet druk dus we kunnen gelijk plaatsnemen aan een tafel. Peter kiest vandaag voor de broccoli-cheese soep –een all-time favorite– met de riblet platter, het gerecht waar Peter zich altijd zo op verheugt maanden voordat we naar Amerika gaan. Ik neem –alweer– de boneless buffalo wings en de quesadilla burger, even controleren of ik die nog steeds zo lekker vind als tijdens onze eerste avond in Jacksonville. Het smaakt opnieuw voortreffelijk, we smullen ervan. Plaats voor een nagerecht hebben we niet meer na deze hoeveelheid, dus we vragen de rekening en gaan verder op weg naar het hotel. Onderweg vullen we de koelbox met vers ijs en een kwartiertje later komen we aan bij het Mariott Hotel in Charleston, geboekt via Hotwire.

Het hotel ziet er heel netjes uit, een beetje luxueus zelfs met een enorme entree en lobby, waar een mooie waterpartij het geheel prachtig aankleedt. Het hotel ligt niet in het Historisch District, maar ook niet ver ervandaan. De kamer is ook prachtig! Hier zullen we goed vertoeven de komende 2 nachten.

Als we ons hebben geïnstalleerd op de kamer zet Peter de tv aan, terwijl ik het reisverslag bijwerk, de foto’s op de laptop kopieer en wat met internet aan de slag ga. Heerlijk even relaxen. Om half 11 zijn we gaar en maken we ons klaar voor bed. Nog even opfrissen op de badkamer en een laatste toiletstop voor ik onder de lakens kruip en het licht uitmaak. Maar helaas, dat gaat deze keer niet zo snel. Het toilet blijkt namelijk verstopt en stroomt over, de hele badkamer loopt vol met water uit de pot. Jakkes……Gatver….. Gelukkig komt alleen het water uit de pot, de rest blijft gelukkig waar het hoort. Dat wordt dus een telefoontje naar de front desk, maar hoe zeggen we dit ook alweer in het Engels? Even opzoeken met internet.

Terwijl ik de laptop weer openklap –die heb ik net op de lader aangesloten omdat hij bijna leeg was- krijg ik een melding dat ik de batterij moet aansluiten omdat anders de wijzigingen verloren gaan. Dat begrijp ik niet, want ik heb de batterij immers aangesloten. Hoe kan dat nu? Ik haal de stekker er weer uit en ruik dan gelijk de verbranding. De accu is doorgebrand, de stekker helemaal gesmolten. Dat ook nog! Ik kan nog net de vertaling opzoeken en dan moet hij uit. Morgen maar even kijken of we dat kunnen oplossen.

De hotelreceptie stuurt gelijk iemand van onderhoud naar onze kamer en de verstopping is snel verholpen. Daarna komt er nog iemand om de badkamer schoon te maken en een half uurtje later dan gepland kunnen we alsnog gaan slapen. Welterusten!

Dag 6: Woensdag 27 mei 2009

Charleston (South Carolina)

Vandaag word ik wakker om kwart over 7, ik heb in één ruk doorgeslapen. Heerlijk geslapen! Ik kruip eerst nog even achter de laptop zodat Peter nog even kan doorslapen en daarna spring ik onder de douche en maak me klaar voor de dag. Het is een beetje bewolkt, hopelijk blijft het wel droog vandaag.

Als Peter er ook klaar voor is gaan we op pad, vandaag beginnen we met het Historisch District van Charleston. Vanuit het hotel zijn we er met de auto heel snel. We parkeren de auto in een garage in een zijstraat van East Bay street en lopen naar de Market. Via de kraampjes lopen we naar Meeting Street en van daaruit wandelen we kriskras door de stad langs de vele prachtige huizen en bezienswaardigheden. Wat is Charleston toch een rijke stad! Het ziet er heel anders uit dan Savannah. We genieten van de mooie architectuur, maar we missen wel een beetje het knusse gevoel van Savannah.



Het is ontzettend warm en erg benauwd, het is weer heel vochtig vandaag. Als de wandeling erop zit is het inmiddels ongeveer 1 uur en we zijn erg toe aan afkoeling. We zien het niet zitten om de middag aan plantages te besteden vanwege de vochtige hitte en besluiten een winkelcentrum op te zoeken: Northwoods Mall. Daar ligt vast ook wel een winkel waar we even kunnen kijken voor een nieuwe batterij voor de laptop.

Onderweg barst er een enorme regenbui los en later blijkt dat het de hele middag zal regenen. Een goede keuze, dus! Naast het winkelcentrum ligt inderdaad een Best Buy en daar vinden we met behulp van een medewerker de juiste nieuwe batterij voor de laptop. Gelukkig, die kunnen we dus nog gewoon gebruiken deze vakantie. Hij is wel behoorlijk duur, dus na de vakantie moeten we toch even informeren naar de garantie, de laptop is nog geen jaar oud. Ook kopen we hier gelijk de Nintendo DS Lite die we beloofd hadden mee te nemen voor het zoontje van mijn collega. Naast de Best Buy ligt ook nog een Michaels en een Barnes & Nobles, die maak ik natuurlijk ook nog even onveilig. Ik houd me in en koop niet zoveel, maar wel een paar kleine leuke dingen. Mijn collectie boekenleggers groeit gestaag.

Daarna lopen we de mall in, waar we nog een kop van onze favoriete Amerikaanse soep eten: Broccoli Cheese. Mjammie! Verder is er niet zoveel te beleven. Het winkel aanbod vinden we niet echt geweldig en we kopen dan ook niets, op wat haarverzorgingsproducten na. De middag is al bijna om, en we besluiten om even te gaan pauzeren in het hotel. Daar lees ik nog een beetje en Peter kijkt een film op tv. Ook proberen we de nieuwe batterij uit voor de laptop, en gelukkig werkt die prima!

Als we weer honger krijgen vragen we aan de hotelreceptie naar een goed Japans restaurant in Charleston. Er blijkt er 1 te liggen in het historisch district: Tsunami. Met de auto zijn we er snel. We parkeren in een garage in een zijstraat, vlakbij het restaurant. Het is er nog niet druk als we binnenkomen en we krijgen gelijk een tafeltje. Bij het menu krijgen we een blaadje waarop we de bestelling kunnen invullen. Het is zo donker in het restaurant dat we de kaart niet kunnen lezen. Met behulp van de theelichtjes op de tafel –ik jat er een van de tafel naast ons– lukt het ons om het menu te ontcijferen. Dit restaurant serveert een gevarieerd aanbod aan sushi en sashimi, het standaard aanbod maar ook een aantal specials. We bestellen van alles wat en natuurlijk gaan we ook de specials proberen. We laten het ons heerlijk smaken, de specials zijn echt fantastisch lekker! Nog nooit eerder hadden we sushi die deels warm werd geserveerd, dat is wel heel bijzonder. Ook de manier van serveren is heel anders dan we zijn gewend –met sausjes en zo– en heel mooi opgediend. Een aanrader dus, dit restaurant! Neem wel een leeslampje mee om het menu te kunnen ontcijferen.

Na het eten gaan we terug naar het hotel waar we nog even lezen en tv kijken, en nog even op internet surfen. We bespreken ook nog even de planning van de komende dagen, hoe gaan we die doorbrengen? We hebben na aankomende nacht geen hotels meer geboekt voor meer dan een week, maar we komen er nog niet echt uit. Voor morgen hebben we in elk geval een aanvalsplan en daarna zien we wel verder. Nu eerst lekker slapen.

Dag 7: Donderdag 28 mei 2009

Charleston (South Carolina) – Boone (North Carolina)

Vandaag word ik ook weer even na 7 uur wakker, heerlijk uitgeslapen. Een lekker bed! Ik duik gelijk de badkamer in en maak me klaar voor de dag. Als ik bijna klaar ben is ook Peter wakker en die springt ook snel onder de douche. We pakken de koffers weer in, laden de auto in en checken uit. Het plan is om eerst nog een plantage te bezoeken en daarna door te rijden naar de volgende bestemming ergens in de Blue Ridge omgeving. Welke plaats we precies zullen aandoen beslissen we later onderweg.

We starten eerst met een bezoekje aan de Magnolia Plantation and Gardens. Met de auto zijn we er in minder dan een half uur, het is er dan nog niet zo druk. Bij binnenkomst –op het terrein– betaal je de basis entree prijs waarmee je alleen de tuinen mag bezoeken en de locatie te voet mag verkennen. Daarnaast kun je ook nog een aantal tours doen, maar daarvoor moet je apart betalen. Wij laten ons voorlichten door een medewerker over de verschillende mogelijke tours maar we besluiten ze over te slaan. Een boottochtje of een tramritje trekt ons niet zo, en het huis hoeven we niet per se van binnen te zien. We willen graag een gevoel krijgen van de plantage en willen vooral graag het huis aan de buitenkant zien en de omgeving eromheen.



We doen de wandeling door de tuinen, maar eigenlijk hadden we daar ook meer van verwacht. Er zitten beslist wel mooie stukken tussen, vooral het gedeelte met de swamps spreekt ons aan, en ook het huis is erg fotogeniek, maar toch hadden we andere dingen verwacht. Na de wandeling nemen we nog even een kijkje in de vlindertuin, maar daar zitten alleen cocons en rupsen, en we nemen een kijkje in de souvenirwinkel. Als we daar zijn uitgekeken stappen we in de auto en gaan onderweg naar de volgende bestemming, het is dan inmiddels alweer half 12. Het is inmiddels weer ontzettend benauwd en we zijn blij om even te kunnen afkoelen in de auto.

De gaan onderweg naar Columbia, NC en daar plannen we onze eerste tussenstop om iets te eten. We zullen daar besluiten hoe we verder gaan. Maar voordat we daar zullen zijn hebben we zeker nog 1½ uur te gaan. Onderweg naar de snelweg komen we langs een Wallgreens, daar kijken we nog even voor een goed middeltje tegen de gemene insectenbeten. Ondanks dat ik me heel consequent met Off! heb ingesmeerd de afgelopen dagen heb ik toch een paar bulten die erg vervelend zijn. Stomme beesten!

Daarna rijden we verder en als we net op de snelweg rijden hebben we een aantal fikse regen- en onweersbuiten. Dat rijdt heel vervelend, omdat het behoorlijk noodweer wordt, het water blijft op de weg liggen en je kunt dan bijna niet meer verder rijden. Het levert ook gevaarlijke situaties op doordat sommige bestuurders boven op de rem gaan staan, zonder zich te realiseren dat er meer auto’s achter rijden. Het scheelt niet veel of ik had een groene dodge in mijn kofferbak, het gaat maar net goed.

Bij Columbia stoppen we bij een Ruby Tuesday voor de lunch. We nemen de laptop mee naar binnen en de reisplanning zodat we samen even kunnen kijken hoe we verder gaan. Maar eerst even wat eten, we hebben honger gekregen. Peter bestelt een cheeseburger en ik een visburger met een salade van de saladebar. Erg lekker! De visburger bestaat uit een tilapia met creoolse kruiden en een pikante saus op een broodje. Goede keus! Te drinken bestel ik de versgemaakte aardbeien limonade, er zitten zelfs nog stukjes aardbei in. Die vind ik zo lekker dat ik na het eten nog een beker meeneem voor in de auto.

Als we klaar zijn met eten klap ik de laptop open en samen kijken we naar de route en de bezienswaardigheden. Gaan we naar een centrale plek ergens tussen de Smoky Mountains en de Blue Ridge Parkway en blijven we daar een paar dagen? Of gaan we gewoon de route rijden en overnachten we steeds op verschillende plekken? Elke keuze heeft voor- en nadelen. Uiteindelijk kiezen we voor het laatste alternatief, we bekijken per dag wat we gaan doen en waar we zullen blijven. Op die manier kunnen we steeds kijken waar we zin in hebben en hoe het weer zal zijn en daar onze planning op aanpassen. We vinden het lastig om te bepalen of niet alles steeds op elkaar lijkt en of we daar niet op uitgekeken raken. We besluiten om vandaag nog naar Blowing Rock of Boone te rijden, beiden in North Carolina vlakbij de Blue Ridge Parkway. Dat is morgen ons startpunt voor een gedeelte van de beroemde Blue Ridge Parkway. Voor vandaag betekent dat nog ongeveer 3½ uur rijden, nog een hele rit dus.

De rit verloopt vlot, de middag vliegt voorbij. We hebben nog regelmatige regenbuien, dus eigenlijk is het helemaal niet zo erg om in de auto te zitten. Als we van de snelweg af gaan voor het laatste stuk binnendoor doemen de bergen van de Blue Ridge voor ons op, een prachtig gezicht. De zon begint weer te schijnen, het is prachtig weer! Even na 6 uur passeren we een visitor center waar we nog even binnenwippen voor informatie. Eigenlijk is het vanaf 5 uur gesloten maar er is nog iemand aanwezig die ons graag helpt. We gaan er weg met een lading aan informatie en brochures.

Rond half 7 arriveren we in Boone waar we met een coupon de Comfort Suites opzoeken. Volgens de coupon zou het hotel ons $75 kosten, maar de prijs aan de balie is $58, die coupon blijft dus netjes in de tas zitten. Dat is een meevaller! De kamer is heel ruim, maar niet echt gezellig en niet overdreven schoon. Gelukkig is de badkamer wel netjes, verder houden we maar vooral onze slippers aan. Het is maar voor een nachtje!

Naast het hotel ligt een diner in jaren-50 stijl, erg leuk! We besluiten om daar nog even een hapje te gaan eten. Ik neem een veggie-plate waarbij ik 4 gerechten mag kiezen uit een lijstje. Ik kies de mac & chees, apple sauce, fries en cole slaw. Een rare combinatie misschien, maar wel erg lekker! Peter eet de soep van zwarte bonen en de buffalo wings, die smaken hem ook heel goed. Na het eten lopen we terug naar onze kamer en relaxen nog even voordat we gaan slapen.

Dag 8: Vrijdag 29 mei 2009

Boone – Blue Ridge Parkway – Asheville (North Carolina)

Na een week in Amerika komen we steeds beter in het ritme, ik slaap vandaag tot 8 uur. Ik duik gelijk de badkamer in, want ik wil niet te laat op pad gaan. Peter wordt ook al snel wakker en als we gedoucht zijn gaan we nog even wat eten van het continental breakfast van het hotel. Dat is niet echt geweldig, maar toch beter dan niets. Wat toast met jam en een wafel gaat er wel in.

Even na 9 uur zitten we in de auto onderweg naar de Blue Ridge Parkway. De temperatuur blijkt vandaag een stuk koeler dan de vorige dagen, heerlijk is dat! Zo vroeg op de ochtend is het nu 19 à 20 graden en helemaal niet vochtig. Eindelijk hebben we niet meer continu het gevoel net onder de douche vandaan te komen.

Onderweg naar de Blue Ridge Parkway gooien we de benzinetank nog even vol, want een tankstation komen we daar niet meer tegen. Daarna vinden we de route met gemak, hij staat goed aangegeven. Eenmaal op de route komen we al snel bij onze eerste stop: Moses H. Cone Memorial Park. Hier staat Flat Top Manor, een prachtig huis dat nu een crafthouse is geworden, een plek waar het werk van artiesten en handwerkers uit de Appalachen wordt verkocht. Prachtige dingen zie ik er. Terwijl ik er binnen even rondkijk, nestelt Peter zich op de veranda in een schommelstoel en geniet daar van het prachtige uitzicht over de bergen. Ik wandel een beetje rond en maak foto’s van het huis en de omgeving. Als we weer in de auto zitten merken we dat er ongemerkt toch een uur voorbij is gegaan.



We vervolgen onze weg over de scenic route. De Blue Ridge Parkway is geheel terecht tot een National Park uitgeroepen, de omgeving is er prachtig. We stoppen bij sommige uitzichtpunten en genieten van de bergen. Het is helemaal niet druk op de route, we komen nauwelijks andere auto’s tegen.

De volgende stop is Grandfather Mountain. Hier rijden we helemaal naar boven om de hangbrug te doen en boven op de top te genieten van het mooie uitzicht. Ik vind de hangbrug doodeng, maar met de hulp van Peter kom ik toch aan de overkant en weer terug. Ik ben er trots op. Het uitzicht is prachtig, ik voel me “on top of the world”.



Na Grandfather Mountain stoppen we voor de wandeling naar Linville Falls. Door een ranger laten we ons de route uitleggen naar de mooiste uitkijkpunten en dan beginnen we aan de wandeling. Het is niet zo ver, maar gaat wel regelmatig heuvel-op en dat is toch vermoeiend, vooral met een slechte conditie. Het is wel de moeite waard, het is een mooie waterval. Ik klik de nodige foto’s en dan beginnen we aan de wandeling terug. Het is inmiddels alweer 3 uur ’s middags en we besluiten de route voor gezien te houden. We rijden naar Biltmore Estate in Asheville, dat is nog een uurtje rijden hier vandaan.

Daar aangekomen blijkt het estate gesloten voor de dag, dat is een tegenvaller. Volgens mijn informatie zou het geopend zijn tot half 8 ’s avonds. Dat klopt ook, maar dan moet je wel voor 4 uur binnen zijn en daarvoor zijn we net een kwartiertje te laat. We besluiten dan maar een hotel op te zoeken, er liggen er genoeg in de directe omgeving. We lopen naar binnen bij 3 naast elkaar gelegen hotels maar die vinden we allemaal belachelijk duur. De coupongids helpt ook niet echt, want de coupons zijn niet geldig op een vrijdag en zaterdagavond. Wat nu?

Om toch nog aan een goedkope hotelovernachting in Asheville te komen besluit ik de laptop te pakken en met de dongel van Peter verbinding te maken met het internet. Eens kijken of ik voor vandaag met Hotwire.com nog een geschikt hotel voor een geschikte prijs kan boeken. De website komt terug met een 3-sterren hotel in Asheville centrum voor $48 per nacht, dat is een koopje! We boeken die ter plekke, terwijl we nog op de parkeerplaats staan van het Baymont Inn. Het lukt, de boeking wordt geaccepteerd en we krijgen een kamer in het Holiday Inn. Dat hotel blijkt maar 10 minuten rijden te liggen van de plek waar we dan zijn en we lachen ons rot. Dat was dus een goed idee! Ter vergelijking: het Baymont Inn is een hotel met 2 sterren bij Hotwire en Priceline, en daar moesten we $119 neerleggen voor een kamer. We hebben dus een goede deal te pakken!

We rijden ernaar toe en checken in, de boeking staat al in de computer, zelfs na 10 minuten. We krijgen de laatste kamer met een kingsize bed. De kamer blijkt geweldig! Erg ruim en comfortabel, en ook nog eens mooi ingericht. En dat voor zo weinig geld! We ploffen onze koffers neer en gaan dan nog snel even wat eten. Naast het hotel ligt een outback zagen we net op de parkeerplaats, en die hebben we deze vakantie nog niet gehad. We gaan dus voor een lekkere steak vandaag.

We kiezen allebei de victoria filet, een heerlijk mals stukje vlees. Als voorgerecht neem ik een halve portie quesadilla’s en Peter gaat weer voor de soep, daar kun je hem ’s nachts voor wakker maken. We drinken er een lekkere huisgemaakte lemonade bij –strawberry en wild berry– en alles gaat schoon op vandaag. Lekker!

Na het eten gaan we nog even naar de tegenover gelegen supermarkt om de koelbox te vullen met nieuw drinken en daarna gaan we weer terug naar het hotel. Daar kijkt Peter tv en ik stoei nog een beetje met de planning voor de komende dagen. Het valt me nu op dat de entree voor Biltmore wel erg hoog is en op zaterdag zelfs nog hoger dan andere dagen. Eigenlijk moeten we daar wel een hele dag voor doorbrengen, maar dat komt niet zo goed uit in de planning. Jammer dat we er vandaag niet meer terecht konden! We besluiten het dan maar over te slaan en morgen andere dingen te gaan doen. Maar nu eerst weer even lekker de oogjes toe!

Dag 9: Zaterdag 30 mei 2009

Asheville – Cherokee (North Carolina)

Om 8 uur word ik weer wakker, de ingebouwde wekker functioneert weer naar behoren. Ik maak me klaar voor de dag en ga nog even op internet aan de slag. Het reisverslag van de afgelopen week moet ik toch maar even op internet plaatsen, maar daarvoor moet ik nog wel even een weblog aanmaken. Gelukkig is dat zo gedaan, ik heb er ervaring mee. Op het forum plaats ik nog even een berichtje dat ik toch een reisverslag heb gemaakt, ondanks dat ik had gezegd dat ik het niet zou doen. Ook stuur ik nog even een paar e-mailtjes naar achtergebleven vrienden en familie in Nederland. Daarna gaan we op pad, het is dan inmiddels al 10 uur.

Naast de Holiday Inn ligt een Cracker Barrel, en hier gaan we ontbijten. Ik heb Petra uit North Carolina er al vaker over gehoord, en ik wil het wel eens zelf uitproberen. Het is er waanzinnig druk, maar gelukkig is er voor ons nog wel een tafeltje vrij. We gaan allebei voor een specialiteit van het huis en nemen eieren met toast van zelfgemaakt brood en een topping van fruit. Ik neem aardbeien en Peter kiest de zwarte bessen. Het duurt even voordat we het krijgen, maar het smaakt overheerlijk. Een aanrader dus! Als we klaar zijn is het inmiddels al half 12, maar dan gaan we ook echt op pad.

We rijden eerst nog even snel naar een tankstation om de koelbox te vullen met ijs en daarna gaan we op weg naar Waynesville. Hier willen we beginnen aan de Forest Heritage Scenic Byway, deze route maakt weer deel uit van de Scenic route “Carolina Countryside” uit het boek “the most scenic drives in America” dat ik ooit kocht met een heleboel mooie routes in Amerika. Vanuit Asheville doen we er ongeveer een half uurtje over via de snelweg. Eenmaal in Waynesville nemen we de US-276 naar Brevard, en al snel komen we door typische Amerikaanse dorpjes en een mooi bergachtig landschap. Sommige dorpjes zijn niet meer dan 5 huizen en 3 kerken. De route voert dwars door Pisgah National Forest en slingert zich langs mooie plekjes. Onderweg stoppen we op verschillende mooie plekjes en we maken een korte wandeling naar Looking Glass Falls. We stoppen ook nog even bij het Ranger Station voor meer informatie en vinden er een paar goede folders en kaarten over de route en enkele watervallen die we willen zien. De route naar Whitewater Falls blijft echter onduidelijk en ik vraag om hulp bij de rangers. De vrouwelijke ranger luistert echter niet zo goed en geeft me steeds route-informatie naar watervallen waar ik niet om vraag, en als ik zeg dat ik toch graag Whitewater wil zien is ze het daar blijkbaar niet mee eens. “Heb je deze watervallen dan al gezien?” vraagt ze, alsof dat een vereiste is. Ze blijft maar doorgaan. Uiteindelijk krijg ik toch waar ik om vraag en tussen twee alinea’s in zie ik mijn kans schoon haar te bedanken en we lopen snel naar de auto. Ze zou wel eens achter ons aan kunnen komen… Ach, het zal allemaal heel goed bedoeld zijn!

Transylvania County in North Carolina is een paradijs voor watervalliefhebbers, ik zou er volgens mij wel 2 weken omkrijgen met het bekijken van alle watervallen alleen. Dat lukt nu niet, we moeten dus een keuze maken. Bij de voorbereidingen en ook met behulp van de kaarten in het ranger station kiezen we enkele uit die allemaal iets anders te bieden hebben.

Na het ranger station arriveren we in Brevard en in het centrum nemen we even een korte zijweg naar de Connestee Falls. Deze ligt langs de US-276 ten zuiden van het dorpje. Het is een prachtige cascade waterval, of eigenlijk zijn het er 2 die uit verschillende hoeken naar beneden komen en beneden in de rivier samenkomen. Vanuit het uitkijkplatform kijk je erbovenop, maar het is niet mogelijk om hier goede foto’s te maken. Er ligt ook een pad naar beneden waar de beide watervallen samenkomen, maar helaas is dat pad geblokkeerd en het is onmogelijk om er te komen. Ik probeer van alles, en ook andere bezoekers zoeken een avontuurlijke route, maar we moeten opgeven. Jammer! Het zou een prachtig plaatje geweest zijn.

We rijden weer terug naar Brevard en pikken de US-64 op, we rijden westwaarts. Kort na Brevard verlaten we deze weg weer voor een omweg via de SR-281 naar de Whitewater falls, net over de grens in South Carolina. Het is de hoogste waterval ten oosten van de Mississippi Rivier, en het is een prachtige waterval! Vanaf de parkeerplaats is het maar een paar honderd meter lopen voor een uitkijkplatform, en dan kun je nog een trap naar beneden voor een beter uitzicht. Dat is de moeite waard! Inmiddels hebben we hier het Pisgah National Forest verlaten en zijn we aanbeland in het Nantahala National Forest. Ook een prachtig gebied overigens!



Na de Whitewater falls rijden we via de SR-107 weer richting Cashiers. Ons volgende doel is het plaatsje Highlands. TomTom leidt ons de weg en stuurt ons op een gegeven moment linksaf. Oh oh, denk ik nog, moeten we dat wel doen? Volgens mij kunnen we beter rechtdoor rijden. Maar stom genoeg luister ik toch naar het systeem. Stom! Want hij leidt ons namelijk binnendoor voor ettelijke mijlen, en na een paar mijl wordt de route een onverharde weg. Omdraaien heeft nu ook geen zin meer, we zijn die tijd toch al kwijt. Dan maar doorrijden. We rijden dwars door de bossen heen en komen echt helemaal niemand tegen. Niet zo gek ook!

Uiteindelijk komen we toch aan in Highlands, met een kwartier vertraging. Wat een leuk plaatsje is dat! Heel gezellig, een prachtig centrum dat luxueus aandoet, hier komen vast de rijke mensen vakantie vieren. We kijken er even rond en tanken de auto weer vol.

Vanuit Highlands rijden we vervolgens naar Franklin, over de US-64 die hier ook wel de Mountain Waters Scenic Byway wordt genoemd vanwege de watervallen die erlangs liggen. Onze eerste stop is aan de rand van het stadje waar een kleine dam is gebouwd, hier begint de rivier. Daarna komen we bij Bridal Veil Falls. Vroeger liep de weg onder deze waterval door, tegenwoordig hebben ze de weg omgelegd voor de waterval langs, omdat er in de winter veel problemen waren door de bevriezing en dat leverde gevaarlijke situaties op. Het ziet er wel heel leuk uit, en best uniek ook!

Daarna passeren we Dry Falls. De parkeerplaats is hier nog gesloten vanwege werkzaamheden, maar illegaal parkeren we langs de weg. Peter blijft in de auto, die heeft te veel pijn om nog te kunnen lopen en ik ga er even alleen op uit. Ik kruip onder de afzetting door en loop de trap naar beneden voor de waterval. Die is gewoon goed bereikbaar. Het is ook een mooie waterval! Er komt behoorlijk wat water naar beneden, een hels kabaal! Je kunt ook achter de waterval lopen, maar dat probeer ik toch maar niet, het ziet er wel heel nat uit. Jammer dat Peter in de auto zit, dat had een leuk plaatje opgeleverd.

Na Dry falls rijden we weer verder, de volgende stop is bij Cullasaja Falls gepland. Volgens de beschrijving is het lastig om hier te parkeren, dus we moeten kijken of dat gaat lukken. En inderdaad, het lukt dus niet. Er blijkt namelijk een ongeluk te zijn gebeurd, en de weg is afgezet, precies bij de waterval. We belanden dus in een file en van parkeren is geen sprake hier. Ik kan nog snel even de waterval op de foto zetten, maar het lukt niet zo als ik het eigenlijk had gewild. Het duurt even voordat de weg weer vrij is en iedereen weer verder kan rijden. We moeten er nog even voor manoeuvreren ook, want de weg is maar smal en er moet nog een laadauto en een brandweerwagen langs. Het is extra lastig omdat een of andere zotte Amerikaan meende langs de file te kunnen rijden en daarmee de hele boel blokkeert. Mafkees, die dacht zeker dat we er allemaal voor onze lol stonden….

Als we in Franklin aankomen nemen we de kortste route naar Cherokee. Dat lijkt ons een goede stop voor vandaag en een prima uitvalsbasis voor morgen. Maar daar krijgen we al snel spijt van als we het stadje inrijden, we vinden het helemaal niets. Zo ongezellig en leeg. We stoppen even bij de Taco Bell om te eten en met de laptop gaan we op zoek naar een hotelkamer. Het eten smaakt ons supergoed! Die chalupa’s bij Taco Bell zijn overheerlijk, en Peter smult van de supreme taco’s. Mjammie! Dat moeten we vaker doen. Een veel beter alternatief dan McDonalds, hoewel we die tijdens deze vakantie ook nog niet van binnen hebben gezien.

Hoewel het stadje er leeg uitziet is niets minder waar. Alle hotels die we proberen zijn namelijk volgeboekt. Waar is iedereen? Via hotwire vinden we niets, en de coupons uit het Roomsavers boekje leveren ook niets op. Uiteindelijk vinden we na een tijdje zoeken een Comfort Inn die nog een heel muf ruikende kamer heeft voor $81. Nou ja, beter dan niets! Maar we hadden dus beter in Highlands of Franklin kunnen overnachten. Inmiddels hadden we al begrepen dat iedereen de avond doorbrengt in het enige casino dat in het stadje te vinden is, die parkeerplaats stond dan ook overvol!

We ploffen neer op de kamer en installeren ons, gelukkig kunnen we de auto voor onze kamer parkeren. Al snel zijn we zo moe dat we de ogen dicht doen en gaan slapen. Goede nacht!

Dag 10: Zondag 31 mei 2009

Cherokee (North Carolina) – Smoky Mountains National Park – Gatlinburg (Tennessee)

Ik val in herhaling, maar ook vandaag was ik weer wakker om 8 uur en Peter volgt niet veel later. Het ochtendritueel volgt, en om half 10 zijn we klaar voor de dag. Peter heeft nog even ontbeten in het hotel, maar dat stelde niet zoveel voor volgens hem.

Vanuit Cherokee zit je zo in het Great Smoky Mountains National Park, als je tenminste de goede weg neemt. TomTom zat er deze keer helemaal naast en het volgen van de verkeerde route kost ons meer dan een half uur. Als we op de goede weg zitten stoppen we als eerste bij het Oconaluftee Visitor Center, hier vragen we een ranger om informatie, en ik hoop een boekje en een startpakket van de Smoky Mountains met kaarten, routes en beschrijvingen.

In het bezoekerscentrum merkt Peter dat zijn tas aan de onderkant nat is, en vraagt zich af hoe dat komt… In de auto staan onze tassen op de grond achter de stoel, dat zou een droge plek moeten zijn. Terwijl ik nog even rondneus gaat hij even polshoogte nemen.

Terug bij de auto merkt hij dat de tap van de koelbox is los gegaan, al het smeltwater is via de zitting van de achterbank –we parkeren de koelbox op de zitting in de gordels, zodat we er onder het rijden ook goed bij kunnen– doorgesijpeld naar de bodem van de auto. De zitting en de bodem zijn dus nat, heel erg nat! Gelukkig bestaat de zitting uit 2 gedeeltes, en is het andere gedeelte –waar onze reispapieren en kaarten altijd liggen– droog gebleven. Een geluk bij een ongeluk! Er is alleen water gelukt, dat droogt vanzelf wel weer, gelukkig hebben we het redelijk snel ontdekt. Na deze ochtendperikelen vervolgen we onze route over de Newfound Gap Road in de richting van Gatlinburg. De volgende stop is Mingus Mill. Een fotogenieke plek!



Daarna volgen verschillende uitzichtpunten en na ongeveer 15 mijl rijden we de route naar Clingman’s Dome op. Het is 7 mijl tot aan het einde, en dan is het nog ongeveer 800ft naar de uitkijktoren. En niet zomaar 800ft, de route gaat steil omhoog. Het kost ons allebei veel energie om boven te komen, maar het uitzicht is er wel mooi. Dit punt wordt overigens druk bezocht, er lopen hier heel wat mensen, maar niet genoeg voor een wandelfile. Ook de route terug kost ons veel energie, we voelen het goed in onze benen. Met dit soort paden voel ik meteen mijn oude shinsplint opspelen en mijn scheenbenen doen zeer! Vooral de route naar beneden gaat lastig. Eenmaal beneden merken we allebei dat het eigenlijk iets teveel van het goede was. Gelukkig zijn er geen andere wandelingen gepland, alleen nog wat stops langs de route.



We rijden weer terug naar de Newfound Gap road en rijden verder in de richting van Gatlinburg. Er volgen nog verschillende stops bij uitzichtpunten. Newfound Gap Overlook, Morton Overlook en Chimney Tops Overlook zijn enkele voorbeelden. Het uitzicht is erg mooi! Het is dan ook weer een prachtige dag, we boffen echt met de temperatuur. Zelfs boven in de bergen is het heel aangenaam. In het dal is het ongeveer 25 à 26 graden, bij de uitkijkpunten is het gemiddeld 19 à 20 graden. Heerlijk dus! En de vochtigheid valt erg mee, het is gewoon heerlijk!



Als we aan het einde zijn van de Newfound Gap road stel ik voor om Gatlinburg in te rijden en een hotel te zoeken. In Gatlinburg kunnen we dan even iets eten, er zijn vast genoeg restaurants, en dan met de laptop even kijken naar een geschikte plek om te overnachten. Misschien Townsend? Het gaat zo slecht met Peter dat we echt even wat rust moeten inbouwen. Hij wil mij niet tot last zijn, maar we zijn natuurlijk ook samen op vakantie. Dan schrappen we maar plannen, het moet voor ons beiden wel leuk blijven. Na een kort overleg accepteert hij dankbaar.

We zijn al snel in Gatlinburg en zijn verrast door de gezelligheid in het stadje. Het spreekt ons wel aan! Het is er heel levendig en er is van alles te doen, ook al is het veel kermisachtig vertier en kitscherig vermaak. Toch wel gezellig! Ook zien we verschillende kabelbanen, ook leuk toch? We rijden naar het Hardrock Café, dat is een must op onze vakantie. We zijn immers lid, en sparen de punten. Het is altijd leuk om er een op te zoeken. En het eten is er ook nog eens prima!

Peter bestelt de Haystack salade en ik ga voor de Jumbo Combo, een combinatie van mijn favoriete voorgerechten. We laten het ons goed smaken! Intussen zoeken we met de laptop naar een geschikte plek om te overnachten. We hebben inmiddels besloten om gewoon in Gatlinburg te blijven, we vinden het plaatsje wel leuk voor een paar dagen. Rust vinden we vanzelf wel in de Smoky Mountains. Via Hotwire vinden we een aanbieding van $67 per nacht voor een condo met 3½ ster, dat is vergelijkbaar met een Hilton bijvoorbeeld. Niet duur! We boeken die ter plekke en komen terecht in het Westgate Smoky Mountains Resort, waar we een kleine, maar comfortabele studio krijgen. Er is een klein keukentje en een kleine zithoek. Jammer genoeg moeten we het doen met een Queen size bed, we hebben liever een King, maar dit zal ook wel gaan.

Het duurt even voordat we zijn ingecheckt, onze reservering is nog niet binnen. Daar moet dus even voor worden gebeld, maar dan kunnen we in onze kamer terecht. We worden begeleid door iemand met een golf-cart die ons naar onze studio brengt, dat is nog wel even rijden en gaat behoorlijk bergop. Het ziet er mooi uit hier! Onze begeleider legt ons alles uit in het huisje en wijst ons waar we alles kunnen vinden en hoe het hier werkt. Zo heb je hier niet dagelijkse verschoning van handdoeken, maar ligt er een voorraadje in de badkamer. En ’s ochtends moet je zelf het bed opmaken. Op elke 4e dag komt er iemand van housekeeping voorbij. Op zich prima, dat bed opmaken lukt ons vast wel, al staat het met 2 kanten tegen een muur aan. De kamer is netjes, maar wel erg klein en donker en heeft helaas geen enkel uitzicht. De voorzieningen zijn wel goed, op elke verdieping staat een wasmachine en wasdroger die je deelt met 2 appartementen op de verdieping. Handig!

Als we zijn geïnstalleerd in het huisje legt Peter zich op bed en kijkt tv, hij heeft echt even rust nodig. Ik ga wat lezen en werk het reisverslag bij. Om even over 7 ga ik er weer op uit, alleen deze keer, om de zonsondergang in de Smoky Mountains te ervaren. Ik ben van plan om naar Clingman’s Dome te rijden en eventueel naar Morton overlook, ik wil even kijken waar ik het mooiste uitzicht heb.

Onderweg stop ik nog een paar keer langs de route voor uitkijkpunten en een stop bij de rivier. Daarna rijd ik door naar Morton Overlook, het is ongeveer 8 uur als ik daar aankom. Er is nog niets te zien van roze of rode wolken, maar het duurt dan ook nog 3 kwartier voordat de zon ondergaat. Het is wel duidelijk dat je hier de zonsondergang goed kan zien, maar of het ook het mooiste plekje is? Ik rijd dus nog even door naar Clingman’s Dome, maar daar aangekomen blijkt al snel dat je hier de toren moet beklimmen om de zon te kunnen zien ondergaan, en dat gaat echt niet meer lukken. Ik rijd dus maar beter terug naar Morton Overlook.



Daar weer aangekomen is het inmiddels even over half 9, en de lucht is al roze gekleurd. Het is er inmiddels al aardig druk, er zijn meer mensen op het idee gekomen om hier de zonsondergang te bekijken. De zon zakt steeds dieper en de lucht kleurt verder roze. Als de zon is verdwenen achter de bergen beginnen een paar mensen zowaar te klappen. Vreemde gewaarwording… Helaas is de kleur van de lucht niet zo spectaculair als ik gehoopt had. Natuurlijk maak ik nog wel de nodige foto’s, maar even voor 9 uur is de parkeerplaats weer leeg en ga ik weer terug naar het dorp.

Ook in het donker laat de New Found Gap road zich goed rijden, het is heel goed te doen. Met een muziekje erbij is het zelfs wel relaxt. Helaas heb ik een zeer trage Hummer voor me die blijkbaar erg bang is op de route te rijden. Zijn of haar voeten liggen continu op de rem en de auto gaat veel langzamer dan de maximum snelheid. Hoewel er regelmatig staat aangegeven dat langzame auto’s de pull-outs moeten gebruiken om anderen te laten passeren is deze chauffeur dat duidelijk niet van plan. En inhalen is geen optie, daarvoor slingert de weg veel te veel. Om me er niet aan te irriteren rijd ik dan maar zelf even een parkeerplaats op en neem even pauze, daarna heb ik even de weg voor mezelf. Een kwartier later kom ik de auto weer tegen, en dan heb ik nog wel meer dan 5 minuten gewacht voordat ik verder reed. Kun je nagaan hoe langzaam die ging. Maar goed, we zijn nu bijna aan het einde. Bij Gatlinburg neem ik de expressway die om het plaatsje heen gaat, ik moet immers niet in het plaatsje zelf zijn maar bij het resort dat aan de andere kant lig. Met deze route kom ik daar sneller, en dan ben ik ook die langzame auto kwijt.

Het is inmiddels half 10 als ik weer bij het resort ben. Ik stop nog even bij de receptie om te vragen of het mogelijk is om een grotere studio te krijgen met een mooier uitzicht, maar dat lukt niet. Het resort is volgeboekt. Morgen kunnen we wel een andere kamer krijgen, maar moeten daar dan $80 per nacht voor bijbetalen, en dat vind ik veel te veel! Belachelijk trouwens wel, want bij Hotwire heb ik deze boeking gemaakt omdat bij de specificaties stond dat we een condo zouden krijgen met een aparte slaapkamer, in plaats daarvan hebben we een studio gekregen. De prijs is nog steeds wel goed, maar de deal wordt wel een stuk minder gunstig als we hadden verwacht. En het is ook de eerste keer dat we merken dat er verschil wordt gemaakt tussen mensen die boeken via hotwire of via de eigen site. Maar goed, we houden het hier prima uit de komende nachten, het was alleen leuk geweest als we wat meer uitzicht hadden gehad en een aparte slaapkamer. Ook informeer ik naar de mogelijkheden van internet en ik krijg een informatieblad mee waarop staat hoe ik toegang kan krijgen en wat de kosten zijn. In het winkeltje van het resort stop ik nog even om te kijken of het mogelijk is om postzegels te kopen, maar dat gaat niet lukken. Daarvoor moeten we echt bij het postkantoor zijn.

Dan rijd ik naar het huisje, dat bovenop de berg ligt. Ik weet nog wel waar ik ongeveer moet zijn, maar als ik in het straatje aankom weet ik niet meer welk nummer ik moet hebben. Alle gebouwen zijn identiek aan elkaar en ik zoek me wezenloos. Wat was het nummer ook alweer. Op de sleutel staat geen nummer helaas, dus dat helpt me niet. Ik weet nog wel de laatste nummers, maar niet meer de eerste, en dat is cruciaal om het juiste gebouw te vinden merk ik nu. Ik stuur Peter dan maar een sms’je om het nummer te achterhalen en dat werkt, ik blijk te ver zijn doorgereden.

In de studio nestel ik me op de bank met een winecooler (heerlijk!) en de laptop en werk verder aan mijn verslag. Om even over 11 uur kruipen we in bed en gaan lekker slapen.

Dag 11: Maandag 1 juni 2009

Smoky Mountains (Gatlinburg, Tennessee)

Dat het gisteravond toch later was dan de andere avonden merk ik vanochtend, het is al half 9 geweest als ik wakker word. Ik ben vannacht nog wakker geweest omdat ik het koud had, alleen een laken op bed is toch te koud voor me. Ik heb een t-shirt aangetrokken en nog een deken uit de kast gehaald, daarna heb ik nog heerlijk geslapen.

Peter slaapt nog als ik opsta, en om hem niet wakker te maken ga ik eerst even met internet aan de slag. Ik maak het reisverslag af en zet de laatste 2 dagen nog even online. Daarna kleed ik me aan en wacht op Peter. Gelukkig gaat het vandaag weer een stuk beter met hem en hij besluit om toch mee te gaan. We gaan er nog een dagje op uit in de Smokies, is het plan.

Het is al kwart voor 11 als we eindelijk in de auto zitten op weg naar het park. In eerste instantie rijden we via de Bypass Gatlinburg voorbij, maar dan realiseren we ons dat we nog geen ontbijt hebben gehad en dat er in het park ook niets te krijgen is. We draaien om en rijden het stadje in.

We parkeren de auto en lopen de hoofdstraat in op zoek naar een goede plek voor een laat ontbijt. Het is al behoorlijk heet zo vroeg op de dag, de zon brandt op de huid. Ik moet dringend een hoedje vinden, want mijn hoofdhuid is al behoorlijk verbrand en ik loop het risico een zonnesteek op te lopen. Niet te vergeten dat de verbranding ook heel slecht is voor de huid en het risico oplevert op huidkanker. Ik kan me overal goed insmeren tegen verbranding. Maar onder de haren is dat natuurlijk niet mogelijk. Ik wist natuurlijk wel al dat mijn haren heel dun zijn en dat ik ook nog eens heel weinig haar heb, maar mijn ijdelheid zorgt ervoor dat ik dat goed kan camoufleren. Verbranding kan ik echter niet voorkomen nu, en dat is nieuw, want thuis heb ik daar niet zo snel last van. Maar thuis ben ik natuurlijk ook niet dagenlang achter elkaar de hele dag buiten.

Al lopend door de hoofdstraat probeer ik een geschikt hoofddeksel te vinden, maar dat lukt niet. Wel vinden we een geschikt restaurantje: Pancake Pantry. Hier is het enorm druk, dus dat moet wel goed eten zijn. Peter gaat voor de beroemde Amerikaanse pannenkoeken met blauwe bessen en ik kies de crêpes naturel met als bijgerecht 2 gepocheerde eieren. Ik vind gepocheerde eieren normaal heerlijk, maar je krijgt ze niet overal. Hier zijn ze wel perfect klaargemaakt, maar worden ze na het koken ingespoten met een soort boter of vet, en dat vind ik echt niet lekker. De Amerikaanse service betekent dat je ze dan ook niet hoeft te betalen!

Omdat het ontzettend koud is in het restaurant maken we snel dat we weer buiten komen, we beginnen zowaar te wennen aan de warmte. Het is gelukkig ook niet zo vochtig hier, dus het is heel goed uit te houden. Onderweg naar de auto verkennen we ook het stadje nog een beetje en kijken we rond in de winkeltjes, op zoek naar een hoedje voor mij. We vinden niets, maar het is wel een leuk stadje om even doorheen te wandelen. Wat wel opvalt is de schoenen die veel inwoners –de werknemers van de winkels en restaurants– van het stadje aanhebben, die hebben een soort van springveer onder de hak. Het ziet er echt niet uit, maar hier is het grote mode blijkbaar. Ach ja, veel mensen zullen hetzelfde zeggen van mijn birkenstock slippers. Die heb ik op de valreep nog gekocht voordat we vertrokken, maar ik heb ze bijna iedere dag aan. Ze lopen heerlijk! De mode in Europa is nu eenmaal anders dan de mode hier.

Als we bij de auto terugkomen is het al half 1 ’s middags. Zo’n rustig dagje is ook wel lekker tussendoor. Toch besluiten we nog even het park in te gaan, maar we kiezen een korte route: de Roaring Fork Nature Motor trail, een hele mond vol voor een korte route die start in Gatlinburg. Zo zit je op de hoofdstraat, en binnen 5 minuten zit je midden in het bos. Het is een heel smalle weg en bijna volledig eenrichtingsverkeer, in totaal is de route maar 5½ mijl lang. Onderweg lijkt het niet druk, maar de parkeerplaatsen bij de verschillende stops op de route zijn toch erg vol. Daar waar mogelijk stoppen we langs de route bij een mooi uitzichtpunt en soms ook vinden we historische overblijfsels van het dorp dat hier in de vorige eeuw was. Het is een mooie omgeving, erg bosrijk en bergachtig. Bij stop #5 parkeren we de auto –illegaal in de berm– voor een wandeling naar Grotto Falls. Het is maar 1,4 mijl lopen, maar de trail gaat grotendeels bergop, behoorlijk steil, door het bos. Wij zijn er eigenlijk niet genoeg voor getraind, en na gisteren is het eigenlijk ook te zwaar voor onze kuiten. We hebben al spierpijn, maar toch geven we nog niet op. We willen ook niet de hele dag in de auto zitten.

De wandeling is zwaar, en eerlijk gezegd ook niet echt de moeite. Het is een kleine waterval en hij kan qua schoonheid niet op tegen alle watervallen die we al gezien hebben. Toch moeten we ook weer naar beneden, nadat we natuurlijk de nodige foto’s geschoten hebben. Foto’s maken kost nog wel wat moeite, want er zijn een paar Amerikanen die geen rekening houden met de rest van de bezoekers en zich egocentrisch gedragen. Peter wordt zelfs boos, en dat gebeurt niet zo snel in dit soort situaties. Maar goed, als het is gelukt beginnen we aan de terugtocht, die minstens zo zwaar is als de wandeling naar boven. De steile helling ligt vol met keien en boomwortels, dus je moet goed uitkijken. Het eist zijn tol op de kuiten en scheenbenen. Onderweg naar beneden krijg ik op een gegeven moment een steentje in mijn slipper –ik had natuurlijk ook gewoon dichte wandelschoenen moeten aandoen– en blijkbaar heeft daar ook een insect op gezeten of zoiets. Ik merk namelijk al snel daarna dat mijn voet pijn doet en als ik kijk zie ik een rode harde plek, het ziet eruit alsof iemand een nickel onder de huid heeft geschoven. Hopelijk levert dat niet een hoop ellende op!

De wandeling naar beneden duurt iets meer dan een half uur en dan zijn we blij weer in de auto te kunnen ploffen. We rijden de rest van de route en maken onderweg nog verschillende stops. Vooral stop #15 met de toepasselijke naam “Place of a Thousand Drips” is erg mooi, heel sprookjesachtig komt water van een steile helling vol met grote bemoste keien naar beneden in heel veel kleine watervalletjes. Mooi!



Aan het einde van de route heeft Peter er geen zin meer in om nog een autoroute te doen, en een lange wandeling zit er ook niet meer in. We besluiten om naar Sevierville te rijden voor de Tanger Outlets, dat is maar 20 minuten rijden hiervandaan. Onderweg passeren we het dorpje Pigeon Forge, dat eigenlijk gewoon een grote weg is met de nodige hotels, winkels en attracties erlangs. Het doet ons denken aan International Drive in Orlando, daar heeft het wel heel veel van weg, sommige attracties zijn hier zelfs hetzelfde. Als we dit zien zijn we blij te overnachten in Gatlinburg, dat vinden we een heel stuk gezelliger. Onderweg halen we nog even een ijsje bij McDonalds, onze eerste van deze vakantie, en dan parkeren we de auto bij de outlets.

Het ziet eruit als een heel grote outlet, met aardig wat winkels. Veel winkels zijn toch steeds hetzelfde, maar hier liggen ook een paar interessante andere winkels. Peter scoort vandaag heel goed, met 2 korte broeken bij Ralph Lauren –het heeft even geduurd, maar ze mogen nu eindelijk korter dan normaal, tot op de knie!– en hij koopt 2 mooie linnen broeken en een polo bij Banana Republic. Nu nog een paar moderne instappers en dan is hij weer up-to-date. Ik vind bij Dress Barn nog een leuke zomerse jurk die ik draag als lange tuniek. We hebben zo ongemerkt toch heel wat gelopen deze middag bij het winkelen, en mijn voet doet steeds meer pijn. Gewoon lopen lukt niet meer, ik kan er niet goed op staan. De stuiver is ook inmiddels uitgegroeid tot een flinke quarter. Als dat maar goed gaat, ik krijg alweer visioenen van een bezoekje aan de ER van een Amerikaans ziekenhuis. Toch nog maar even aankijken, misschien doet een nachtje rust goed.

Na het shoppen zijn we hongerig, het is dan ook alweer half 8 geworden. We besluiten om weer bij Applebee’s te gaan eten, dat blijft toch onze grote favoriet in Amerika. Peter gaat voor een franse uiensoep en een combi van 3 hoofdgerechten, hij kiest voor de mozzerella sticks, de boneless buffalo wings en de quesadilla tower. Ik neem de potato skins als voorgerecht en alweer de quesadilla burger. Ik kan het niet helpen, die is zo lekker! Naast de zelfgemaakte aardbeien limonade die je tegenwoordig in de meeste restaurants wel krijgt is de quesadilla burger de grote culinaire ontdekking van deze vakantie. Smullen maar!

Na het eten rijden we terug naar onze studio waar we nog even tv kijken en ik werk het reisverslag bij. Daarna lees ik nog wat en om half 11 gaat het licht uit. Doodmoe zijn we!

Dag 12: Dinsdag 2 juni 2009

Dollywood, Pigeon Forge (Tennessee)

Vandaag is de eerste dag in de vakantie dat we de wekker zetten, we willen namelijk op tijd weg vandaag. De wekker loopt af om half 8 en terwijl Peter nog even blijft liggen –die heeft ook veel minder werk nodig dan ik– spring ik uit bed gelijk onder de douche. Ik heb slecht geslapen vannacht, ik ben veel wakker geweest en heb veel gewoeld –gesjraveld zeggen we in het Limburgs– in bed, net als Peter overigens. Ik neem de tijd om even wakker te worden onder de stromende kraan, dat heb ik even nodig. Na een dik uur is ook Peter wakker en die volgt mijn voorbeeld.

Ik ruim nog even op in de kamer, pak de heuptasjes uit de auto en maak die klaar om mee te nemen. We gaan namelijk naar Dollywood vandaag, een pretpark van Dolly Parton in de Smoky Mountains. Het is onze eerste pretparkbezoek sinds 3½ jaar, na Peter’s hartinfarct hebben we nooit meer een bezocht en de laatste achtbaan hebben we gedaan in Florida tijdens onze vakantie in november 2005. Het is dus ook wel een beetje spannend. Een pretpark betekent ook dat we met minimale bepakking gaan. Die heuptasjes kun je ook in een achtbaan gewoon omhouden namelijk, en dat betekent minder risico op het kwijtraken van spullen. Ik ben ook niet van plan om mijn spiegelreflex camera mee te nemen, ik zou alleen maar bang zijn dat die stuk gaat in een water attractie, in plaats daarvan nemen we de compact camera mee zodat we toch een paar foto’s kunnen maken. Helaas is het kluisje in onze studio te klein om de camera in te bewaren, en ik zoek daarom een ander minder voor de hand liggend plekje om onze achterblijvende kostbaarheden op te bergen.

Om half 10 springen we in de auto. Het park ligt in Pigeon Forge, een dorp verderop, we waren er gisteren ook al. Het gaat open om 10 uur, en vanuit onze studio is het maar een kwartiertje rijden. Natuurlijk moeten we ook nog parkeren en kaartjes kopen. Zoals we dat gewend zijn bij alle andere Amerikaanse pretparken staat gemak en service hier weer bovenaan. Nadat je auto is geparkeerd kun je op de tram stappen die je naar de ingang van het park brengt! Hoe comfortabel! Dan blijkt ook al hoe warm het is, zelfs zo vroeg op de ochtend brandt de zon al goed. Er worden voor vandaag dan ook hoge temperaturen voorspeld: meer dan 90˚F oftewel meer dan 32˚C. Dat belooft wat!

Hoewel het vorige week op het Amerikaanse nieuws was dat de meeste pretparken goedkope kaartjes aanbieden in deze tijd vanwege de economische crisis, is daar bij Dollywood niets van te merken. Er is geen korting te verkrijgen en we moeten het volle pond betalen. Zelfs de AAA-lidmaatschap –de Amerikaanse tegenhanger van de ANWB– levert niets op. In Amerika is een pretpark behoorlijk duurder dan in Nederland, een kaartje kost bij Dollywood $53,50 per persoon. Dat de prijzen hier hoger lagen wisten we natuurlijk al wel van tevoren, dat was namelijk tijdens al onze vorige reizen ook al zo.

Als we binnen zijn pakken we een kaart van het park en bekijken hoe we het snelst bij de eerste achtbaan kunnen komen. Hoewel de meesten rechtsaf gaan zien we een pad lopen dat gelijk bij de houten achtbaan Thunderhead uitkomt, daarvoor moet je wel linksaf slaan. We zijn er al snel en gaan daar in de rij staan. De achtbaan loopt al wel, maar nog met lege karren, Waarschijnlijk nog de dagelijkse testen en misschien ook wel het in de baan brengen van een extra kar. Het lijkt al best druk, er staat een flinke rij, maar als de attractie opengaat slinkt die al snel. Tijdens het wachten bestuderen we de kaart goed om te zien welke attracties er nog meer zijn die we graag willen doen en dan zien we ook de mogelijkheid beschreven om de wachttijden bij attracties te verkorten met Q2Q. Dit spreek je uit als queue to queue [kju toe kju], queue is het Amerikaanse woord voor wachtrij. Daarvoor moet je naar een apart kantoor op het park en we besluiten daar na de eerste achtbaan naartoe te gaan om te informeren hoe het werkt en wat de kosten zijn.

Maar eerst de Thunderhead natuurlijk. Als we in het instapstation zijn is tot onze verbazing de allereerste rij helemaal leeg. Onze eerste rit na 3½ jaar is er dus één op koppositie! We nemen plaats en al snel gaat de trein via een snelle bocht naar de eerste heuvel. En dan gaat het los! Ik geniet met volle teugen, wat een prachtige baan. Het is wel een van de betere houten achtbanen die we ooit gedaan hebben. Een prachtig parcours met enorm veel snelheid en heel veel airtime. Whoooooaaaaa! Hij is helemaal super, wat een geweldige baan om mee te beginnen, ik kan er niet over uit! Peter vond hem ook geweldig, de houten banen zijn ook zijn grote favoriet, maar ik merk dat hij wel even moet bijkomen. Niet alleen is hij weer ouderwets misselijk geworden –dat vereist wel weer wat nieuwe training– maar ook de spanning was toch wat veel, hij heeft zich daardoor helemaal verkrampt. Maar: hij vond het wel de moeite waard!

Na deze baan lopen we naar het Q2Q-kantoortje in het eerste gedeelte van het park en we laten ons uitleggen hoe het werkt. Je krijgt een apparaatje ¬–de Q-bot– dat lijkt op zo’n apparaatje dat je krijgt in een restaurant dat vol zit en je moet wachten op een tafeltje, maar dan met wat meer knopjes. Met de Q-bot kun je een aantal attracties –alleen de meest populaire– reserveren, maar wel steeds 1 tegelijk. Op de Q-bot kun je zien hoe laat het is, en voor welke tijd je de betreffende attractie kun reserveren. Op dat tijdstip, of daarna ¬–je hoeft je dus nooit te haasten– mag je dan via een aparte ingang bij de attractie melden en kun je meteen vooraan in de wachtrij plaatsnemen. De Q-bot trilt ook op dat tijdstip, dus je hoeft niet steeds op te letten. Het heeft ook een handige lus waarmee je het ding kunt vastmaken aan de lus voor je broekriem. Bij de attractie wordt jouw Q-bot uitgelezen en vanaf dat moment kun je de volgende attractie weer reserveren. De kosten vallen ook enorm mee: het kost $15 voor de eerste persoon en daarna $5 per persoon extra, tot een maximale groepsgrootte van 6. Met z’n tweetjes betalen we dus $20 voor de hele dag. Eigenlijk moet je nog steeds wachten, alleen kun je tijdens het wachten iets anders gaan doen, we voorkomen daarmee dus dat we lang hoeven te staan. Voor ons heel handig dus, en we nemen er dan ook één. Peter kan niet zo lang stilstaan omdat hij daarvan altijd veel pijn krijgt, beweging gaat hem gemakkelijker af.

Behalve de attracties kun je met de Q-bot ook stoelen reserveren voor een aantal shows, dat moet je doen vanuit het kantoortje met behulp van een computer. Op dinsdag hebben een aantal shows een rustdag, waaronder ook de grootste en de nieuwste –jammer!– en wij kunnen dus maar 2 shows vastleggen. Een daarvan valt af omdat we dat niet zo leuk vinden, maar Dreamland Drive In lijkt ons wel wat, dat is een show met liedjes uit de 50-er en 60-er jaren. We reserveren die voor 16.00h vanmiddag.



Daarna gaan we het park verder verkennen. We lopen eerst naar River Rampage, een wildwater attractie met de ronde bootjes. We reserveren met de Q-bot en we hoeven maar 10 minuten te overbruggen. Die brengen we door met het rondkijken in de omgeving van de attractie. We belanden in een bootje met 4 pre-teens –een prachtig Amerikaans woord voor een leeftijd waarvoor ik geen goede Nederlandse naam weet– en hebben veel lol onderweg. Er zitten een aantal spannende stukken in de route, en we worden allemaal flink nat. Peter en zijn buurjongen hebben samen het meest te verduren, maar niemand wordt gespaard. Een leuke attractie!

Naast River Rampage ligt de Country Fair, dit staat vol met kermisachtige attracties. Hier staat ook de Dizzy Disk, die heb ik gereserveerd voor mezelf. Het is een ronddraaiende schijf die tegelijkertijd over een soort rail ¬–halfpipe– glijdt. Je kunt het vergelijken met een schip dat swingt van links naar rechts en weer terug, maar dan draait het schip ook nog rond als het ware. Niets voor Peter dus, die zou er groen en geel uitkomen, maar ik vind zoiets prachtig.

We vervolgen onze route door het park tegen de klok in, onderweg reserveren we de attracties die op de route liggen. De reserveringstijd ligt steeds maar 10 minuten in de toekomst, je hoeft dus niet langer dan 10 minuten te wachten voordat je erin kan, en dat blijft de hele dag zo blijkt later. Handig, ook wanneer Peter een attractie niet kan of wil doen, hij hoeft dan nooit lang op mij te wachten.

Daarna lopen we via Craftsman’s Valley –een “straat” waar allerlei oude ambachten worden bedreven– naar de Tennessee Tornado, onderwijl genietend van de mooie gebouwen die hier staan en de spullen die hier worden gemaakt en te koop aangeboden. Zo zien we o.a. een werkende molen, een leerlooier, een (western)hoedenmaker, een glasblazer en een werkplaats waar houten koetsen worden gemaakt. Interessant en leuk om te zien! Peter eet intussen een broodje worst en we vullen onze vochtbehoefte aan.

Aan het einde van Craftsman’s Valley vinden we Blazing Fury, een indoor rollercoaster met water. We weten niet goed wat we ervan moeten verwachten en vragen een Amerikaanse vrouw die er net uitkomt hoe het was. Volgens haar is het een rustig ritje met drie onverwachtse drops en als je achterin gaat zitten word je niet zo nat. We gaan dus in de rij staan allebei, dat kunnen we wel aan! Ze heeft niets teveel gezegd. Het is gewoon een rustig ritje langs allerlei donkere passages waar verschillende verhaaltjes worden uitgebeeld. Er zitten leuke effecten in en de onverwachtse drops zijn wel leuk. De laatste drop eindigt inderdaad in het water, maar we worden niet heel erg nat. Grappig gemaakt!



De Tennessee Tornado doe ik even alleen, Peter wil eerst nog even bijkomen van de vorige achtbanen. Met de Q-bot ben ik er immers zo doorheen en hoeft hij ook niet zo lang te wachten. Ik vind het een leuke baan, met lekker veel snelheid, en de loopings gaat ook mooi soepel. Geen hoogstandje, maar wel oké.

Na de Tennessee Tornado lopen we via de Wilderness Pass naar de River Battle, dit is de nieuwste attractie van het park. Leuk gedaan, het doet de naam eer aan. Het is namelijk een strijd tussen de mensen in de attractie en de mensen aan de kant. In de attractie heb je namelijk de controle over een waterkanon, maar langs de kant vind je ook een heleboel waterkanonnen. Zo kun je elkaar dus lekker nat maken! Wij lopen op gepaste afstand, veilig om niet nat te worden, maar ondertussen genietend van de prettige gestoorde mensen die met elkaar in strijd zijn.

We hebben intussen gereserveerd voor de attractie Mystery Mine, de volgende attractie op de route, en ook behoorlijk nieuw. Het is wel een apart soort achtbaan en als Peter die ziet besluit hij om toch mee te gaan. Je zit met 2 keer 4 mensen achter elkaar in een kar en de baan heeft een aantal heel korte bochten en loopings. De start is verrassend, als je de baan buiten ziet heb je namelijk niet door dat je ook een gedeelte van de baan in het donker aflegt, de effecten zijn wel apart. We vinden de baan niet echt comfortabel, hij is hard en abrupt, en je hoofd slingert tussen de beugels. De looping gaat heel langzaam waardoor je in de beugels valt en dat doet pijn aan de schouders. Leuk voor de ervaring, maar niet voor herhaling vatbaar. Het is niet de categorie achtbanen die ons het meest bekoort.

Daarna nemen we even pauze met wat drinken en we zitten even in de schaduw om bij te komen. We komen nu weer langs de Thunderhead achtbaan en we reserveren die nog een keer. In eerste instantie zou ik er deze keer alleen in gaan, maar Peter besluit toch mee te gaan. Een houten achtbaan heeft een grote aantrekkingskracht op hem! Deze keer zitten we helemaal achterin de baan, en daar voelen we de airtime en de g-krachten nog beter, het is echt een superbaan!

Nagenietend lopen we daarna naar het begin van het park, we hebben nog ongeveer een uurtje totdat de show begint die we hebben gereserveerd. We nemen een kijkje in de grote souvenirwinkel van het park en daar vind ik eindelijk een leuke hoed om mijn hoofd te beschermen tegen de zon. Ook vinden we een leuk Dollywood-ornament voor de kerstboom. Als we zijn uitgewinkeld kopen we een ijsje –het ijs wordt ook ambachtelijk gemaakt in het park– en gaan daarmee op een schommelbank zitten. Het is leuk om te kijken naar de mensen die hier voorbij komen. Ik weet zeker dat als wij in Amerika zouden wonen we ook een huis zouden hebben met en grote veranda en een schommelbank. Heerlijk! Het ijs smaakt trouwens voortreffelijk. Ze verkopen hier de smaak “mint-chocolate-ship” en dat is vergelijkbaar met een soort After Eight smaak. Als ik dat eet moet ik altijd aan mijn oma denken. Fijne herinneringen! Deze smaak at ik in 2002 voor het eerst in de Grand Canyon en daarna ben ik hem nooit meer tegenkomen tot deze reis, nu in het Zuidoosten komen we het op verschillende plekken tegen. Lekker!

Als we het ijsje op hebben is het tijd om naar de show te gaan, de plaatsen zijn gereserveerd dus we hoeven niet heel vroeg te zijn. Dat is gemakkelijk. Gereserveerde plekken betekent ook de beste plekken in het theater, we zitten echt fantastisch en hebben goed zicht op het podium.

De show is een musical en gaat over een periode van de jaren 50 en 60, waarin je een groep high-school kinderen ziet opgroeien en volwassen worden. Het verhaal wordt uitgebeeld door verschillende bekende liedjes uit die periode. Het is erg leuk gedaan, de groep is heel enthousiast in zingen en dansen en dat maakt het extra leuk om te kijken, je krijgt bijna zin om mee te doen. Het is ook niet bepaald een korte show, hij duurt maar liefs een uur.

We zijn nu weer lekker uitgerust en gaan na de show aan het laatste rondje pretpark beginnen. Onderweg doen we de leukste attracties nog een keer en ook nog een paar attracties waar we nog niet aan toekwamen. Helaas is de slidewinder gesloten, het had ons wel leuk geleken om in een grote rubberen band een glijbaan af te gaan. Onderweg zien we nog een mooie demonstratie glasblazen en Peter blijft gebiologeerd kijken, er wordt veel bij uitgelegd. Er ligt ook een winkel naast waar je de gemaakte spulletjes kunt kopen. Alles dat hier wordt verkocht is gemaakt in het park. Ik vind er nog een prachtige ketting ¬¬–ik ben echt dol op die glazen hangers– in de mooie kleuren zwart met goud en een boekenlegger.

Halverwege de Craftsman’s Valley ligt ook Daredevil Falls, een waterattractie met een flinke drop. Peter is er dol op, en hij slaat ook deze niet over. Ik pas, en kijk op veilige afstand toe. Daarna doe ik nog een keer de Tennessee Tornado en we sluiten de dag af met de Thunderhead. Peter slaat deze ronde over, hij heeft zijn portie wel gehad, maar ik geniet nog even met volle teugen. Ik kan er geen genoeg van krijgen. De Thunderhead doe ik zelfs nog twee keer, één keer helemaal voorin en één keer helemaal achterin. Heerlijk!

En dan is het tijd om het park te verlaten. Het is inmiddels kwart over 6 en over 3 kwartier gaat het park dicht. Met de tram worden we weer naar onze parkeerplaats gebracht. Om half 7 stappen we in de auto en daar zien we dat het nog steeds 32˚C is buiten. Hoe warm is het vanmiddag dan wel niet geweest? We zeggen steeds dat we blij zijn dat het niet meer zo warm en vochtig is als in Charleston, maar misschien zijn we er wel veel meer aan gewend en kunnen we er beter tegen.

Vanuit het pretpark rijd ik eerst nog even naar de outlet. Ik had gisteren namelijk ook nog een witte rok gekocht, maar daar had ik weer spijt van en ik wil hem even terug brengen. Gelukkig ligt de outlet vlakbij het park. Daarna zijn we hongerig en we zoeken een plek om te eten. Tegenover de outlet ligt een Long Horn Restaurant. Deze keten zijn we al vaker tegengekomen langs onze route, maar we hebben er nog nooit gegeten. De parkeerplaats staat al goed vol, dus het zal er best goed eten zijn.

En dat bleek een goede keuze! We hebben gesmuld. Alle Outback-lovers moeten hier beslist eens gaan eten. Wij vinden vooral de keuze aan bijgerechten hier veel beter en gezonder. Peter start met een uiensoep en ik heb een salade van jonge sla met fruit, noten en feta en een dressing van framboos. Die was zo lekker dat we alleen al daarvoor beslist nog eens terugkomen! Als hoofdgerecht kiezen we allebei een filet mignon, medium gebakken, met pilav-rijst. Als bijgerecht neemt Peter gebakken uien en ik ga voor de asperges. Hoewel de steak eerst doorgebakken wordt geserveerd, wordt dat prima opgelost, zoals de service betaamt. De manager bemoeit zich ermee en brengt ons tussendoor alvast een kleine portie rijst en asperges zodat we niet zo lang hoeven te wachten, hij vindt het blijkbaar vervelend dat we geen borden voor ons hebben. Grappig! De steak is echt enorm lekker en heel mals, de rijst smaakt overheerlijk en ook de asperges zijn een goede keuze. Lekker gezond gegeten vandaag!

Na het eten zoeken we nog even een supermarkt op om onze koelbox te vullen, vlakbij ligt een Walmart. We kopen yoghurt en smoothies voor ontbijt, wat jus d’orange en chocolademelk en wat winecoolers voor ’s avonds. Die zijn zo lekker! Een aanrader: Wild Berries van Seagram’s. Kon ik die thuis maar kopen…. Ik ga ze zeker missen. We “verschonen” onze koelbox, wat betekent dat we het water eruit laten lopen en 2 nieuwe zakken ijs erin doen. We kunnen nu weer even vooruit. Daarna gaan we nog snel even de auto voltanken, zodat we daar morgen niet aan hoeven te denken voordat we de Smokies ingaan. En dan op naar onze studio! Het is al half 10 geweest als we daar aankomen. En dan te bedenken dat we eigenlijk nog een wasmachine hadden willen draaien, dat moet nu maar wachten tot morgen. We zijn doodmoe en zoeken lekker ons bedje op!